hier komen promoties & acties

Carol Ann Duffy

Schots feministisch dichter die zich de eerste vrouwelijke én eerste LHBTQ+ 'Poet Laureate of the United Kingdom' mag noemen

Hoewel de Schotse dichteres Carol Ann Duffy vooral bekendheid verworven heeft als Poet Laureate in het Verenigd Koninkrijk, is ze in de eerste plaats een overtuigd feministe. 

Eén van haar bekendste werken, de dichtbundel The World’s Wife (1999), wordt vaak beschouwd als een feministisch manifest, omdat het merendeel van de gedichten een vrouwelijke invalshoek biedt aan sprookjes, legendes en mythes.

Vroege roeping als poëet

Carol Ann Duffy (1955-) is afkomstig uit de Schotse hoofdstad Glasgow. Op jonge leeftijd al grijpt ze naar de pen. Op haar elfde begint ze gedichten te schrijven. De eerste gedichten die gepubliceerd worden volgen al vier jaar later. Haar toenmalige vriend, dichter Adrien Henri, heeft een grote artistieke invloed op haar eerste werk. Maar ook andere dichters hebben door de jaren heen een invloed uitgeoefend op Duffy’s poëzie. Zo geeft ze zelf aan een overtuigd feminist geworden te zijn onder invloed van het werk van Adrienne Rich. 

Duffy uit zich ook als openlijk biseksueel. Naast feministisch gedachtengoed en het nadenken over seksualiteit, krijgen ook de verschillen die ze ziet en ervaart tussen de biologische geslachten een belangrijke rol in haar werk, onder andere in haar dichtbundel The World’s Wife (1999). Geweld, onderdrukking en gender nemen een centrale plaats op in haar werk. Bekende gedichtenbundels van de hand van Duffy zijn: Standing Female Nude (1985), Mean Time (1993), Feminine Gospels (2002) en Rapture (2005).

Naast het schrijven van poëzie doceert Duffy hedendaagse poëzie aan de Manchester Metropolitan University. Ze schrijft in haar loopbaan ook een aantal toneelstukken.

Poet Laureate of the United Kingdom

Op 1 mei 2009 wordt Carol Ann Duffy aangesteld als ‘Poet Laureate of the United Kingdom’ voor een 10-jarige termijn. Ze is op dat moment de eerste vrouw (in een bestaansperiode van vierhonderd jaar) die deze positie toegekend krijgt. Ze is daarnaast ook de eerste Schot die de eer krijgt, alsook de eerste openlijk niet heteroseksuele persoon. 

Eigenlijk had Duffy de eer tien jaar eerder al kunnen – moeten? – krijgen. Toen moest ze nog de duimen leggen voor Andrew Motion. Op het moment dat de keuze gemaakt zou worden, heeft Duffy namelijk een lesbische relatie met poëete Jackie Kay. De jury verklaarde ‘het Engelse publiek niet voor het hoofd te willen stoten door te kiezen voor een openlijk lesbisch individu’. ‘Geluk bij een ongeluk’ voor Duffy. Slechte reclame is ook reclame: de heisa levert haar nog grotere bekendheid op.

Duffy heeft daarnaast ook altijd aangegeven dat ze die eerste aanstelling toch nog geweigerd zou hebben om haar privéleven – en vooral dat van haar toen minderjarige dochter – uit de media te houden. Het was Duffy’s dochter die haar in 2009 aanmoedigde om ditmaal de post wel te aanvaarden.

“Ga ervoor, mama, het is nog nooit een vrouw geweest.”

Carol Ann Duffy aanvaardt daarop in 2009 de post, maar schenkt de bijbehorende dotatie, een jaarlijkse som van £5750 afkomstig van Buckingham Palace, aan de Poetry Society. Daarmee wil ze haar onafhankelijkheid tegenover de Britse monarchie benadrukken. De 6000 flessen sherry die ook met de post meekomen, neemt ze echter wel – en met plezier – in ontvangst.

Feminisme

Duffy’s dichtbundel The World’s Wife (1999) wordt vaak beschouwd als een feministisch manifest, omdat het merendeel van de gedichten een vrouwelijke invalshoek biedt aan sprookjes, legendes en mythes. 

In The World’s Wife (1999) herschrijft Carol Ann Duffy de geschiedenis door de ogen van verschillende historisch markante vrouwen. Van openlijke vijandigheid tegenover mannen is hierbij nooit sprake. Ze schetst de machtsverhoudingen in relaties en man-vrouwverschillen en behandelt de manier waarop vrouwen vaak bepaald lijken te worden door mannen. Duffy’s gedichten tonen daarop meestal vrouwen die hun lot in eigen handen nemen. Zo beschrijft ze in het eerste gedicht van de The World’s Wife-bundel, het autobiografische Little Red Cap, een jong meisje dat verliefd wordt op een wolf en hem verleidt. Uiteindelijk maakt het meisje een einde aan de relatie door de wolf met een bijl in stukken te hakken. Dit gebruikt Duffy als metafoor om aan te tonen dat ze zich losrukt van de man. In een ander gedicht, Salome, zet Duffy dan weer een vrouw neer die roekeloos van het leven geniet, maar haar eigen lotsbestemming kiest.

Het feministische aspect zit in haar andere werk veel subtieler vervat. Duffy heeft het in haar werk eigenlijk niet over feministische heldinnen of feministische wapenfeiten. Ze toont enkel een andere kant van ‘het vrouw zijn’, een kant die we helaas nog al te vaak te weinig zien. Duffy spreekt daarnaast in haar poëzie niet enkel over de onvolkomenheden van mannen, maar ook over die van vrouwen (cfr. Mrs Beast). De nadruk ligt over het algemeen veeleer op de verschillen die ze ziet en ervaart tussen de geslachten.

Naast de publicatie van diverse dichtbundels, engageert Duffy zich ook om de dichtkunst te promoten en om jongeren in contact te brengen met poëzie. Het is dan ook niet verwonderlijk dat zij redacteur is van de bloemlezing I Would’t Thank You for a Valentine: Poems for Young Feminists (1992) die 85 gedichten bevat van een zeventigtal dichteressen.   

Erkenning

Duffy wint in haar geboorteland Schotland en het ruimere Verenigd Koninkrijk zowat alle grote poëzieprijzen die er te winnen vallen. Zo onvangt ze in 1993 voor haar vierde gedichtenbundel Mean Time (1993) de Forward Poetry Prize en de Whitbread Poetry Award. In 2006 wint Duffy de T.S. Elliot-prijs voor haar werk Rapture (2005). Ze wint ook meerdere malen de Scottish Arts Council Book Award (1986, 1990 en 1993). 

Ook buiten Schotland valt Carol Ann Duffy in de prijzen. In de Verenigde Staten wint ze in 1995 bijvoorbeeld de prestigieuze Lannan Literatuurprijs.

Naast diverse prijzen, krijgt Duffy ook heel wat andere vormen van erkenning voor haar werk. Sinds 1985 mag Duffy zich Officier in de Orde van het Britse Rijk noemen. In 1999 wordt ze verkozen als lid van de Britse Royal Society of Literature. In 2013 wordt Duffy in het programma Woman’s Hour op BBC Radio 4 opgenomen in de lijst van de ‘100 most powerful women in the United Kingdom’. In 2015 mag ze als Honorary Fellow toetreden tot zowel de British Academy, de nationale academie van het Verenigd Koninkrijk voor de mens- en sociale wetenschappen alsook de Royal Society of Edinburgh, Schotland’s nationale academie voor wetenschappen en taal.

Bovendien neemt Carol Ann Duffy haar taak als Poet Laureate zeer ernstig. Ze gaat spreken op tal van scholen en geeft overal lezingen. Het oeuvre van Duffy wordt intensief bestudeerd in het Britse middelbare en hoger onderwijs. Een deel van haar werk maakt zelfs deel uit van het leerplan van diverse onderwijsniveaus, wat zeker bijdraagt tot haar bekendheid. Haar poëzie is bovendien erg toegankelijk. Ze gebruikt eenvoudige taal die iedereen begrijpt. Ze is, naar men zegt, na William Shakespeare, de meest geliefde dichter bij de Britse studentenbevolking.




Aanraders uit de RoSa-bibliotheek