Aanvaarden dat gender deel uitmaakt van een bredere socio-culturele context, impliceert dat gender nooit los kan gezien worden van andere criteria die onze sociale positie bepalen: etniciteit, sociale afkomst, leeftijd, scholing … en dat al deze posities elkaar beïnvloeden en versterken.
De maatschappelijke positie van vrouwen en mannen wordt niet alleen bepaald door de sociale rollen die aan geslachten vrouw/man worden gekoppeld. We zijn immers niet enkel man of vrouw, maar behoren tot een bepaalde (en vaak niet welomschreven) ‘etnische groep’, sociale klasse, leeftijdsgroep, opleidingsniveau, seksuele voorkeur… Met andere woorden, gender is altijd gekoppeld aan andere maatschappelijke ‘betekenisgevers’ of indelingen zoals etniciteit, klasse, leeftijd, seksuele oriëntatie …
Zo maken we meer of minder kans op werk bijvoorbeeld wanneer we een bepaalde leeftijd hebben. De uitsluitingservaringen van etnische minderheidsvrouwen bijvoorbeeld zijn méér dan de optelsom van etniciteit plus seksediscriminatie. Ook onze seksuele oriëntatie en de ‘outing’ hiervan kan onze kansen vergroten of verkleinen om onze weg te vinden in deze samenleving.
Die verwevenheid van categorieën vraagt complexere analyses en oplossingen voor problemen die daarmee gepaard gaan. Intersectionaliteit of kruispuntdenken is een benadering die de samenloop van discriminatie - gronden en de dynamiek die daaruit vloeit zichtbaar maakt. Dit perspectief helpt volledigere oplossingen formuleren die rekening houden met de verschillende aspecten die onze posities bepalen. Het is een andere manier van kijken naar de realiteit dan we vandaag doorgaans gewend zijn.