hier komen promoties & acties

Lichamelijke autonomie en gezondheid

Wanneer het om lichamelijke gezondheid gaat, zijn lichamelijke autonomie en zelfbeschikkingsrecht twee belangrijke thema’s in de feministische beweging. Ook zijn er specifieke fysieke kwesties waar vrouwen mee te maken kunnen krijgen. In het thema Gender en seksualiteit lees je meer over al wat betrekking heeft op zwangerschap en bevalling. In dit thema bespreken we in het bijzonder vrouwelijke genitale verminking, abortus, de bijwerkingen van hormonale anticonceptie en de neveneffecten van de menopauze.

Vrouwelijke genitale verminking

Vrouwelijke genitale verminking (VGV), oftewel female genital mutilation (FGM) in het Engels, omvat volgens de definitie van de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) tal van ingrepen die leiden tot een gedeeltelijke of volledige verwijdering van, of verwondingen aan, de externe geslachtsdelen van de vrouw om niet-medische redenen. De WHO benadrukt dat er geen gezondheidsvoordelen verbonden zijn aan deze ingrepen. Integendeel, genitale verminking leidt vaak tot medische problemen zoals ontstekingen, cystes, bloedingen, problemen bij geboorte, zware menstruele pijnen enzovoort.

Er bestaan verschillende vormen van vrouwenbesnijdenis, van het gedeeltelijk weghalen van de clitoris tot het verwijderen en dichtnaaien van de kleine en/of grote schaamlippen, met of zonder de verwijdering van de clitoris. De ingreep wordt voornamelijk verricht bij jonge meisje voordat ze volgroeid zijn. Wereldwijd zouden meer dan 200 miljoen meisjes besneden zijn en dit in zo’n dertig landen, hoofdzakelijk in Afrika, Azië en Latijns-Amerika. De prevalentie kan binnen landen sterk verschillen naargelang regio en bevolkingsgroep.

Vrouwelijke genitale verminking in België

Uit een onderzoek uitgevoerd door het EIGE in 2017 en 2018, blijkt dat van de 22 544 meisjes in België tussen 0 en 18 jaar die roots hebben in landen waar VGV veel voorkomt, 16 procent tot 27 procent onder hen een risico loopt besneden te worden. De groep die het grootste risico loopt besneden te worden, is sinds 2011 lichtjes gedaald van 28 naar 27 procent. Indien we echter kijken naar elk meisje dat enigszins een risico loopt om besneden te worden, dan gaat het over een toename van 2000 meisjes in de periode 2011-2016. Dit is te verklaren door het stijgend aantal tweede generatie migranten uit landen waar VGV vaak voorkomt. Berekenen hoeveel meisjes een risico lopen deed het EIGE door te kijken naar de prevalentie van VGV in de landen en regio’s van oorsprong, naar de gemiddelde leeftijd waarop VGV uitgevoerd werd in die landen van oorsprong en of het om eerste- of tweedegeneratie migranten ging. Vaak zijn zo’n gegevens echter niet voorhanden en  dus gaat het hier steeds over ruwe schattingen. Door middel van kwalitatief onderzoek bestaande uit gesprekken met focusgroepen werd dan berekend wat de impact van migratie is op de houding tegenover VGV en hoe groot het risico op VGV was.

 Sinds november 2000 heeft België een wet die VGV veroordeelt. Daarin staat dat iedereen die VGV uitvoert of faciliteert, met of zonder toestemming, strafbaar is. Ook pogingen tot VGV zijn sindsdien strafbaar. Sinds 2004 is bovendien het promoten van VGV strafbaar. Aangezien besnijdenissen vaak gebeuren in clandestiene sferen, in België of in het buitenland, is VGV bijzonder moeilijk om juridisch te vervolgen.

VGV wordt vaak beschouwd als een “vrouwenzaak’: het zijn vrouwen die de praktijk ondergaan en vaak lijkt het er ook op dat het vrouwen zijn die besluiten of een meisje besneden moet worden of niet. Sinds een aantal jaren proberen onder meer GAMS en het Tropisch Instituut in Antwerpen echter om meer mannen te sensibiliseren tegen VGV onder de noemer Men Speak Out. VGV is een praktijk die in een gemeenschap verankerd zit en die gaat over het controleren van het vrouwelijke lichaam en seksualiteit. Mannen kunnen dus ook invloed uitoefenen op het wel of niet aanvaarden van VGV.

Abortus

Meer dan veertig jaar na de historische uitspraak in de rechtszaak Roe vs Wade waarin de rechter besliste dat de Amerikaanse restrictieve abortuswetten in strijd zijn met het recht op privacy, de Abortus: de vrouw beslist acties van de vrouwenbeweging, de arrestatie van pro-abortus dokter Willy Peers en Dolle mina Anne Léger in eigen land, blijven voor- en tegenstanders van abortus elkaar fel bekritiseren. Volgens de pro-life bewegingen is het recht op leven het allereerste mensenrecht. Aborteren staat volgens hen dan ook gelijk aan doden. De pro-choice bewegingen daarentegen vinden dat meisjes en vrouwen het recht hebben zelf beslissingen te nemen over hun eigen lichaam.

De laatste decennia komen reproductieve rechten, waaronder abortus, steeds vaker in opspraak.

Hoewel abortus ondertussen in veel landen (tenminste onder bepaalde voorwaarden) wordt toestaan, is abortus nog steeds een taboe. Niet alleen vanwege de angst om sociaal veroordeeld te worden, maar ook omdat het te maken heeft met (vrouwelijke) seksualiteit en intimiteit, waarover zelden openlijk en spontaan wordt gepraat. Vandaag is abortus in België een recht, maar dit is nog maar een recent gegeven. Tot oktober 2018 was abortus in België immers een gedoogd misdrijf, aangezien het nog steeds opgenomen was in het strafrecht. Sindsdien is abortus dus officieel een recht, en geen misdrijf. In de meeste landen wordt abortus ook vandaag nog beschouwd als een misdaad. In andere landen kan het zelfs tot een gevangenisstraf leiden. De laatste decennia kwamen reproductieve rechten, waaronder abortus, steeds vaker in opspraak. Op verschillende plekken in de wereld werd de abortuswetgeving al teruggeschroefd of dreigt deze strenger gemaakt te worden door de opmars van conservatieve politici.  

Geschiedenis van de Belgische abortuswetgeving

In 1973 bereikt de abortusstrijd in ons land een hoogtepunt. Dokter Willy Peers wordt ervan beschuldigd bij driehonderd vrouwen abortus te hebben uitgevoerd, wat in die tijd nog een misdrijf was. Hij wordt aangehouden, waarna activisten een Peers-comité oprichten om steunacties, een petitie, infoavonden en betogingen te organiseren. Voor- en tegenstanders verscherpen hun standpunten, en de zaak-Peers plaatst abortus in het centrum van de media-aandacht.

In 1977 wordt Dolle Mina Anne Léger gearresteerd nadat de politie in haar foutgeparkeerde auto in Kortrijk 150 anticonceptiebrochures vindt, waarin twee adressen van abortusklinieken in Nederland genoemd worden. Léger wordt aangeklaagd omdat ze propaganda zou hebben gevoerd over abortus, wat destijds verboden was volgens art. 338 van het strafwetboek. Anne Léger wordt vrijgesproken.

Abortus vormt voor de vrouwenbeweging zowel een gemeenschappelijk strijdpunt als een splijtzwam. Het is een middel om de handen in elkaar te slaan en zich als vrouwenbeweging te profileren, maar brengt ook spanningen mee tussen de organisaties onderling. Zo was het thema van de Vrouwendag in 1976 Abortus - de vrouw beslist. Hierdoor blijven de christelijke verenigingen echter weg. Binnen de katholieke zuil zou het vraagstuk lange tijd voor verdeeldheid zorgen.

De jaren tachtig zijn het decennium van de grote abortusprocessen tegen gynaecologen, huisartsen, verplegend personeel en patiënten. De processen krijgen heel wat media-aandacht. De Gentse abortuskliniek Kollektief Anticonceptie voert sinds haar oprichting op 10 april 1980 actie om abortus uit het strafrecht te halen.

Er komen telkens nieuwe wetsvoorstellen om vervolgingen op te schorten totdat er een politiek vergelijk gevonden wordt. Dat is niet naar de zin van de vrouwenbeweging, die een definitieve wettelijke regeling wil. De wet Lallemand-Herman-Michielsens van 1990 kan uiteindelijk voor een consensus zorgen en de Vrouwenraad kan zich in de wet vinden, hoewel de legalisering van de abortus niet zonder voorwaarden is. Op 30 maart 1990 keurt de Kamer het abortusontwerp van de senatoren Lallemand en Lucienne Herman-Michielsens ongewijzigd goed met 126 tegen 69 stemmen bij 12 onthoudingen. Koning Boudewijn weigert de wet te ondertekenen en treedt gedurende drie dagen af.

De wet Lallemand-Herman-Michielsen van 30 maart 1990 haalt abortus uit de clandestiniteit, hoewel dit niet zonder voorwaarden is. Koning Boudewijn weigert de wet te ondertekenen en treedt gedurende drie dagen af.

Niet de koning maar de Ministerraad publiceert op 5 april 1990 de omstreden Wet betreffende de zwangerschapsafbreking van 3 april 1990 in het Belgisch Staatsblad. Wie een abortus uitvoert of ondergaat tot de twaalfde week na de bevruchting wordt voortaan niet langer svervolgd, hoewel abortus opgenomen blijft in het strafwetboek. Op 13 augustus 1990 wordt een Nationale Evaluatiecommissie opgericht om toe te zien op de praktijk. Er komt een felle tegenreactie van Pro Vita, een katholieke vereniging die strijdt tegen abortus.

Huidige stand van zaken in België

In België wordt 1 op de 10 zwangerschappen afgebroken. Het grootste deel van de abortussen (ruim 80 procent) gebeurt bij vrouwen tussen 20 en 24 jaar. Na 12 weken is abortus alleen toegestaan als de zwangere vrouw in levensgevaar verkeert.

Begin oktober 2018 heeft de Kamer het wetsvoorstel dat abortus uit de strafwet haalt, goedgekeurd. De nieuwe wet is vooral van symbolisch belang, want feitelijk verandert er niets aan de voorwaarden. Dezelfde strafsancties blijven behouden bij schending van de wettelijke voorwaarden. De toegang tot abortus wordt evenwel verruimd. Zo kan de wachttermijn van zes dagen gerelativeerd worden in het geval van dringende medische redenen. Tegenstanders van de bedenktijd stellen dat de beslissing om te aborteren nooit een gemakkelijk beslissing is, en bekritiseren deze voorwaarde omdat ze ervan uit gaat dat vrouwen lichtzinnig met een dergelijke gewicht beslissing zouden omspringen. Dit ervaren ze als paternalistisch. Bovendien kan het gebeuren dat zes dagen bedenktijd maken dat een vrouw niet langer in het legale bestek van twaalf weken na de bevruchting valt en dus genoodzaakt is om illegaal te aborteren of naar het buitenland te trekken.

Een andere, belangrijke nieuwigheid aan de vernieuwde abortuswet van 2018 is de invoering van een doorverwijsplicht. Hoewel de geraadpleegde arts nog steeds principieel mag weigeren om abortus uit te voeren, is deze nu verplicht om de vrouw door te verwijzen naar een andere arts, zodat zij verder kan worden geholpen.

In België is abortus toegestaan tot twaalf weken na de bevruchting. De beslissing om te aborteren ligt volledig bij de vrouw, ook als het om een minderjarig meisje gaat. Elke geraadpleegde arts heeft het recht zich moreel te onthouden, maar is wel verplicht de vrouw door te verwijzen naar een arts die haar verder kan helpen. Na een eerste raadpleging is er sprake van een zogenaamde bedenktijd van zes dagen opdat een vrouw geen “overhaaste” beslissing zou nemen waarvan ze achteraf spijt zou hebben. Deze periode wordt in het geval van dringende medische redenen echter gerelativeerd.

Abortus is een mensenrecht

Elk jaar sterven 50.000 vrouwen door onveilige abortussen. Het is daarom van groot belang dat de internationale gemeenschap zich inzet voor seksuele en reproductieve rechten. Een restrictieve wetgeving leidt er alleen maar toe dat abortus in de illegaliteit belandt. Restrictieve wetgeving dwingt vrouwen om abortus in het geheim te laten uitvoeren en gebruik te maken van onveilige, amateuristische technieken zonder de begeleiding van gekwalificeerd medisch personeel. Een betere toegang tot (liefst ook gratis) anticonceptie en een veilige en legale abortuswetgeving heeft voordelen voor de samenleving: vermindering van moedersterfte, vrouwenleed en tienergeboortes. Educatiekansen voor meisjes en vrouwen worden ook vergroot en er is meer aandacht voor gendergelijkheid en vrouwenrechten.

Dat abortus alleen een vrouwenzaak is, is een veel voorkomende misvatting. Een op de vijf mannen krijgt immers in zijn leven te maken met een zwangerschapsafbreking. Daarmee is abortus ook een mannenzaak. Omdat de vrouw wettelijk gezien zelfbeschikking heeft over haar eigen lichaam, is zij uiteindelijk degene die beslist wat er gebeurt met een zwangerschap.

Controverse rond abortus wereldwijd

Een rapport van het World Health Organization en het Guttmacher Instituut schat dat wereldwijd ongeveer 1 op de 4 zwangerschappen eindigt in abortus. Amnesty International stelt dat van de geschatte 190 miljoen zwangerschappen per jaar eindigen er zo’n 51 miljoen in een abortus, waarvan 25 miljoen op een onveilige manier. 97 procent van de onveilige abortussen gebeurt in Afrika, Azië en Latijns-Amerika, waar de toegang tot anticonceptie vaak beperkt is en abortus verboden. Afrikaanse vrouwen overlijden het vaakst aan de gevolgen van een slecht uitgevoerde abortus. Een overzicht wereldwijd:  

Europa

In de meeste West-Europese landen is abortus onder bepaalde voorwaarden toegestaan, al hebben katholieke Europese landen doorgaans een strengere abortuswetgeving. In Vaticaanstad is abortus bijvoorbeeld totaal onwettig, maar ook in San Marino, Liechtenstein en Andorra zijn de mogelijkheden erg beperkt en is abortus in de meeste gevallen illegaal. Malta is het enige land in de Europese Unie dat abortus onder alle omstandigheden verbiedt, zelfs wanneer de zwangerschap het leven van de vrouw in gevaar brengt, of het gevolg is van verkrachting of incest. Voorts hebben Ierland en Polen hebben de strengste abortuswetgevingen in Europa. Abortus is in Polen enkel toegestaan in geval van incest of verkrachting, wanneer de zwangere vrouw in levensgevaar verkeert of wanneer de foetus ernstig misvormd is.

In de zomer van 2016 komen de reproductieve rechten van Poolse vrouwen onder vuur te liggen door een wetsvoorstel dat beoogt het totaalverbod op abortus opnieuw in te voeren. Vrouwen die abortus ondergaan of artsen die abortus uitvoeren, zouden volgens het nieuwe voorstel een gevangenisstraf riskeren. Na massaal protest tegen dit totaalverbod wordt het voorstel – voorlopig – van de baan geschoven. Echter sinds de conservatieve partij Partij voor Gerechtigheid en Recht (PiS) de verkiezingen van oktober 2019 won, is te verwachten dat de Poolse abortuswetgeving alsnog verstrengt zal worden, hoewel deze al een van de strengste in Europa is.

Ook in Spanje is het recht op abortus erg beperkt. In 2013 beslist de conservatieve regering dat abortus geen recht meer was, maar een misdrijf.

In 2018 houdt Ierland een referendum over het behouden of schrappen van het achtste amendement van de Ierse grondwet dat in 1983 werd ingevoerd. In het achtste amendement van de grondwet staat dat een ongeboren kind evenveel recht op leven heeft als de moeder, waardoor abortus bij wet verboden is, zelfs in geval van verkrachting, incest of foetale afwijkingen. Alleen als het leven van de moeder in gevaar is of ze zelfmoordneigingen heeft, kan er intussen een uitzondering gemaakt worden. Wie in Ierland een zwangerschap wilde beëindigen, deed dat door online (illegale) abortuspillen te bestellen of te reizen naar een land waar abortus wel toegelaten is. Vrouwen die abortuspillen innamen riskeerden een gevangenisstraf van meer dan tien jaar. Jaarlijks reisden duizenden meisjes en vrouwen, en dagelijks gemiddeld twaalf meisjes en vrouwen naar het buitenland om elders een abortus te laten uitvoeren. Deze praktijk discrimineert een hele groep vrouwen die zich de reis naar het buitenland niet kunnen veroorloven. Door de controversiële wetgeving werden vrouwen die abortus willen plegen gestigmatiseerd, gecriminaliseerd en gediscrimineerd. Bovendien werden de vrouwen na de medische ingreep vaak snel terug naar huis gestuurd, waar ze niet kunnen terugvallen op degelijke medische hulp of begeleiding.

Na een succesvolle campagne onder de noemer #Repealthe8th spreekt in mei 2018 kiest 66,4 procent van de Ieren in een referendum voor het schrappen van het achtste amendement. Dat betekent dat vrouwen in Ierland nu tot de twaalfde week van de zwangerschap een abortus kunnen ondergaan. Hiermee is de wet nog steeds er behoudend: in het Verenigd Koninkrijk kunnen vrouwen tot 24 weken zwangerschap een abortus ondergaan.

Lees meer:

Rusland

De toenmalige Sovjet-Unie is in 1920 het eerste land ter wereld dat abortus legaliseert. Hoewel het aantal abortussen al jaren daalt, heeft Rusland nog altijd een van de hoogste abortuscijfers ter wereld. Hierbij valt echter op te merken dat gezien de historische soepele abortuswetgeving, de statistieken een beter beeld geven van de legaal geregistreerde cijfers.

De laatste decennia is abortus echter terug een bediscussieerd thema. Vanwege de combinatie van een laag geboortecijfer en een hoog sterftecijfer is het Kremlin bang voor een “demografische ramp”. Conservatieve politici, gesteund door de Russisch-Orthodoxe Kerk, vinden daarom dat een strikt abortusverbod niet uitgesloten mag worden. De eerste stappen richting een striktere abortuswetgeving worden al in 2013 gezet met een verbod op advertenties voor abortusklinieken.

Verenigde Staten en Canada

In de Verenigde Staten is er geen eensgezindheid over abortus. In 1973 oordeelde het Hooggerechtshof in de fameuze Roe vs. Wade zaak dat een “ongepast strenge” abortuswetgeving in tegenspraak was met de grondwet die individuele zelfbeschikking en privacy veiligstelt. De uitspraak was echter zo vaag dat staten zelf gingen bepalen wat die “ongepast strenge beperking van het recht op abortus” inhoudt. In sommige staten moeten vrouwen die een abortus willen bijvoorbeeld gedwongen een echo laten maken en deze zelf bekijken tijdens een gesprek met een gynaecoloog. Dat geldt ook voor vrouwen die het slachtoffer werden van verkrachting. In andere staten zijn abortuspillen verboden, waardoor de drempel hoger wordt om een zwangerschap te onderbreken. In weer andere staten is abortus al na zes weken zwangerschap verboden. In verschillende staten is abortus verboden vanaf het moment dat bij de foetus een hartslag te horen is. Dat is vaak al het geval zes weken na de bevruchting, vaak voor een vrouw realiseert dat ze zwanger is.

Buurland Canada daarentegen heeft een heel soepele abortuswetgeving. Abortus is gedurende de hele periode van de zwangerschap toegestaan en is een zaak tussen vrouw en dokter.

Australië en Nieuw-Zeeland

Net als in de Verenigde Staten zijn de Australische staten verdeeld over abortus. Abortus is een recht in Australië, maar staat nog altijd in het strafrecht in de staten Nieuw-Zuid-Wales & Norfolk en Queensland. In Nieuw-Zeeland mogen scholen abortussen regelen voor minderjarige scholieren, zonder dat hun ouders daarbij worden betrokken of zelfs op de hoogte worden gesteld.

Azië

Omdat het internationaal recht geen eenduidige norm biedt over abortus, verschillen praktijk en wetgeving sterk per land. In landen waar abortus niet mogelijk of verboden is, worden veel baby’s, vooral meisjes, gedood na de geboorte. In India en China is die praktijk wijdverbreid.

Latijns-Amerika

Ook in grote delen van Latijns-Amerika is abortus illegaal of slechts uitzonderlijk toegestaan. In de praktijk boycotten conservatieve, fundamentalistische regimes legale abortus met steun van religieuze groeperingen. Naast Brazilië voeren ook Nicaragua, El Salvador en de Dominicaanse Republiek een streng abortusbeleid. Toch laten pro-choice bewegingen in Latijns-Amerika de moed niet zakken. Ze blijven protesteren tegen de strenge abortuswetgevingen en stellen actieplannen op om onveilige abortus in clandestiene milieus te voorkomen.

Afrika

In de meeste Afrikaanse landen is abortus verboden, behalve in situaties waarin het leven van de vrouw in gevaar is. In zo’n geval is bevestiging van de levensbedreigende situatie door verschillende artsen vereist. Het gevolg van restrictieve wetgeving is dat veel vrouwen die hun ongewenste zwangerschap willen afbreken, hun toevlucht zoeken tot het illegale circuit, waar malafide aborteurs werktuigen zoals kleerhangers gebruiken om de foetus op amateuristische wijze te verwijderen – met alle gevolgen van dien.

Zuid-Afrika blijkt een van de meest vooruitstrevende landen te zijn wat abortus betreft. Twintig jaar geleden werd de Choice on Termination of Pregnancy Act (COTPA) aangenomen. Deze wetgeving werd alom geprezen als een voorbeeld van vooruitgang voor de rechten van meisjes en vrouwen. Elk meisje of vrouw mag ongeacht haar leeftijd een abortus laten uitvoeren zonder toestemming van haar ouders. Toch blijkt uit een rapport van Amnesty International dat meisjes en vrouwen in Zuid-Afrika – vooral in de armste en meest gemarginaliseerde gemeenschappen – moeite hebben om toegang te krijgen tot veilige abortusdiensten. Hierdoor nemen vrouwen vaker hun toevlucht tot onveilige abortus, met ernstige gezondheidsrisico’s en soms zelfs dodelijke gevolgen. Ook Ethiopië en Zimbabwe doen pogingen om hun abortuswetgeving te versoepelen.

Het Midden-Oosten

In het Midden-Oosten is abortus een omstreden thema. In 2005 heeft het Iraanse parlement, met steun van de sjitische geestelijken, abortus onder strenge voorwaarden gelegaliseerd. Niet om vrouwen meer rechten te geven, maar om de vele illegale zwangerschapsafbrekingen tegen te gaan. Wie een illegale abortus ondergaat, riskeert echter een celstraf van drie tot tien jaar, net als de aborteur. Dat is ook het geval in Dubai, waar de zaak zelfs voorgelegd moet worden aan een medische commissie.

Lichamelijke gevolgen van hormonale anticonceptie voor vrouwen

Menstruatie beïnvloedt het welzijn van vrouwen op verschillende manieren. Sommigen hebben meer last van fysieke en psychische klachten die gerelateerd zijn aan hun maandstonden dan anderen. Naast het veelvoorkomende premenstrueel syndroom (PMS) is er ook PMDD, een zwaardere hormonale aandoening met fysieke en psychische klachten gelinkt aan de menstruele cyclus. Zowel PMS als PMDD zijn nog onvoldoende onderzocht door de medische wetenschap en een diagnose laat vaak lang op zich wachten.

Wie menstrueert, maakt  in veel gevallen ook gebruik van hormonale anticonceptie: de pil slikken, een spiraaltje laten plaatsen of een nuvaring in laten brengen. Deze anticonceptiemiddelen zijn echter niet zonder bijwerkingen. Zo kan het hormoonspiraaltje in de eerste maanden na plaatsing leiden tot acne, hoofdpijn, duizeligheid, gezwollen borsten en onregelmatig bloedverlies hebben. De pil kan tijdelijke nevenwerkingen met zich meebrengen, zoals misselijkheid, hoofdpijn, gespannen en grotere borsten, doorbraakbloedingen, gewichtstoename of stemmingswisselingen. Er zou ook een verband staan tussen migraine en het gebruik van de pil, maar hier is te weinig onderzoek naar gebeurd om over een consensus te kunnen spreken in de medische wereld. In zeldzame gevallen wordt trombose in verband gebracht met het gebruik van de pil. Bij pilgebruikers wordt vaker baarmoederhalskanker en borstkanker geconstateerd, maar het is nog niet bekend of dit verschil wordt veroorzaakt door de pil.

Deze fysieke bijwerkingen van pilgebruik kunnen steeds meer rekenen op de nodige aandacht van wetenschappelijke onderzoekers. De laatste jaren is er in de media ook steeds meer aandacht voor de psychische effecten van hormonale anticonceptie, maar hier is het nog wachten op grotere wetenschappelijk interesse. De pil wordt onder meer in verband gebracht met depressieve stemmingen, stemmingsveranderingen en verminderd libido. Anais Van Ertvelde en Heleen Debruyne pleiten in hun boek Vuile lakens vandaag voor meer voorlichting en onderzoek, zodat meisjes en vrouwen de risico’s van en alternatieven voor hormonale anticonceptie kennen. Daarnaast wordt de roep om een mannenpil steeds luider. De hormoonhuishouding is bij mannen immers veel minder complex dan bij vrouwen. Het is dan ook opmerkelijk dat de meeste anticonceptiemiddelen ontworpen worden voor vrouwen.

Hoewel hormonale anticonceptiva van groot belang zijn voor het zelfbeschikkingsrecht van vrouwen, zijn er steeds meer vrouwen op zoek naar alternatieven. Hormonale anticonceptie geeft hen vrijheid, maar de bijwerkingen beperken hen ook.

Menopauze

Nog altijd rust er een taboe op het spreken over menstruatie, of het tonen van menstruatieproducten. Het is dan ook niet verbazend dat er een nog groter taboe rust op alles wat te maken heeft met de menopauze. Zelden zien we in populaire media vrouwen gerepresenteerd die fysieke klachten ondervinden door de menopauze, of lezen we getuigenissen over de impact die de menopauze kan hebben. Dat heeft als gevolg dat er over het algemeen weinig bewustzijn is rond de menopauze. Nochtans heeft bijna acht op de tien vrouwen boven de vijftig menopauzeklachten en kan de menopauze serieuze gezondheidsrisico’s met zich meebrengen.

Tijdens de menopauze raakt eicelreserve op en maakt het lichaam steeds minder oestrogeen en progesteron aan. Dat leidt tot klachten die gemiddeld zeven jaar aanhouden, waaronder gewrichtspijn, prikkelbaarheid, warmteopwellingen, vergeetachtigheid, slapeloosheid, hartkloppingen, gewichtstoename, pijn bij seks, blaasontstekingen en neerslachtigheid. Het gebrek aan oestrogeen en progesteron heeft ook invloed op de conditie van de botten, het hart, het metabolisme en de hersenen. Eén op de drie vrouwen krijgt vanaf de menopauze te maken met botbreuken. Minder oestrogeen leidt ook tot een hoger vetgehalte, waardoor het risico op hart –en vaatziekten, borstkanker en diabetes toeneemt. Vanaf de menopauze hebben vrouwen meer kans dan mannen om een hartaanval te krijgen.

Er is een oplossing voorhanden, in de vorm van hormoontherapie. Er is bewezen dat hormoontherapie werkt, maar slechts een tiende van de vrouwen met menopauzeklachten maakt er gebruik van. Vooralsnog is hormoontherapie de enige aanpak tegen de vele gezondheidsproblemen en -risico’s. Ten eerste weten veel vrouwen niet dat de mogelijkheid bestaat. Daarnaast is hormoontherapie in het verleden – ten onrechte, zo bleek achteraf – negatief beoordeeld geweest in de media. Hierdoor zijn veel vrouwen die wel van hormoontherapie weten alsnog weigerachtig om hiermee aan de slag te gaan. Begin 2020 roepen artsen in De Morgen op om het taboe rond de menopauze te doorbreken en om correcte informatie te verspreiden over hormoontherapie, zodat meer vrouwen daarmee geholpen kunnen worden. Daarnaast zou de farmaceutische sector alternatieven kunnen ontwikkelen voor hormoontherapie, zodat er meerdere opties komen om menopauzeklachten tegen te gaan.

Meer lezen?

Aangeraden literatuur uit de RoSa-bibliotheek: