Intersectionaliteit is een sociologisch denkkader dat licht werpt op de unieke vormen van meervoudige discriminatie die een persoon kan ervaren op grond van diens sociale identiteit. Je maatschappelijke positie wordt namelijk bepaald door verschillende betekenisgevers, zoals gender, maar ook nationaliteit, ras/etniciteit, klasse, religie, leeftijd, seksualiteit, legale status, enzovoort. Al deze factoren beïnvloeden en versterken elkaar, waardoor unieke ervaringen van discriminatie of privilege ontstaan.
De term "intersectionaliteit" is een term die de laatste jaren meer en meer voorkomt in wetenschappelijke publicaties en die ook in online activisme een grote rol speelt. Hoewel het belang van een intersectioneel perspectief steeds meer erkend wordt in zowel academische kringen en beleidsvorming als daarbuiten, blijkt het nog steeds moeilijk om deze manier van denken precies te definiëren of concreet toe te passen in de praktijk.
De term "kruispuntendenken", een ander woord voor intersectionaliteit, brengt verheldering.
De metafoor van het kruispuntdenken illustreert de verschillende aspecten van iemands sociale identiteit die de maatschappelijke positie van deze persoon bepalen. Ieder persoon kan namelijk geprivilegieerd of net gediscrimineerd worden op verschillende gronden, zoals genderidentiteit, geslacht, leeftijd, klasse, ras, etniciteit, enzovoort. Door deze verschillende discriminatiegronden voor te stellen als straten die elkaar kruisen, wordt duidelijk dat iemand die zich op een kruispunt bevindt waar meerdere discriminatiegronden samenkomen, sterker benadeeld is en meer risico op discriminatie loopt. Op deze manier komen unieke ervaringen van discriminatie tot stand die niet te herleiden zijn naar slechts één onderdrukkingsmechanisme zoals seksisme, racisme, klassendiscriminatie, islamofobie, trans- of holebifobie.
Een zwarte vrouw wordt bijvoorbeeld anders gediscrimineerd dan een witte vrouw of een zwarte man, ook al hebben ze hetzelfde gender of hebben ze dezelfde huidskleur. Zo wordt duidelijk dat seksisme en racisme elkaar beïnvloeden en elkaar versterken. Intersectionaliteit biedt het nodige analytische perspectief om de verbanden tussen verschillende maatschappelijke indicatoren en de unieke vormen van discriminatie die daarmee gepaard gaan te verhelderen.
Intersectioneel denken is belangrijk omdat de samenleving nu eenmaal georganiseerd is door meer dan één ordeningsprincipe. Toch wordt onderdrukking maar al te vaak bestudeerd vanuit een (te beperkte) invalshoek die slechts één aspect van iemands sociale positie in beschouwing neemt. Hierdoor wordt voorbijgegaan aan de verschillende ervaringen binnen een sociale groep en worden minderheidsgroepen in het bijzonder gemarginaliseerd. Een intersectionele lens daarentegen belicht de wisselwerking tussen verschillende vormen van onderdrukking en legt ook de structurele, onderliggende machtsstructuren bloot. Het is een perspectief dat enerzijds oog heeft voor de complexiteit van individuele ervaringen en anderzijds rekening houdt met het structurele karakter van discriminatie. Dit is nodig om sociale gelijkheid te verwezenlijken. Aangezien onderdrukking en discriminatie structurele problemen zijn en geen individuele ervaringen, krijgt emancipatie ook pas betekenis als het gaat om een collectieve, bevorderlijke impact op ieder lid van een bepaalde sociale groep.
Feminisme stelt zich als doel om de belangen van alle vrouwen te behartigen. Hoewel vrouwen hetzelfde gender delen, zijn er relevante verschillen tussen vrouwen onderling op vlak van biologisch geslacht (m/v/i), huidskleur, etnisch-culturele achtergrond, sociale klasse, nationaliteit, verblijfsstatus, leeftijdsgroep, opleidingsniveau, religie, seksualiteit… Omdat de positie van vrouwen nu eenmaal bepaald wordt door meerdere maatschappelijke betekenisgevers, dient de feministische beweging dus per definitie intersectioneel te zijn en alle verschillende vormen van uitsluitingen en onderdrukking aan te vechten. Kortom, feminisme is inherent verbonden met en deel van elke emancipatorische strijd voor gelijkheid.
Een van de eerste personen die de vinger legt op meervoudige discriminatie en pleit voor een intersectioneel perspectief is de Amerikaanse Sojourner Truth (née Isabella Baumfree). Truth wordt in 1797 in de slavernij geboren en wordt na haar vrijlating actief in de vrouwenrechtenbeweging, waar ze merkt dat de strijd voor emancipatie van zwarte vrouwen specifiek moeizaam verloopt. De term "intersectionaliteit" wordt nog niet door haar gebruikt, maar in haar toesprak Ain’t I a Woman? spreekt ze over de specifieke discriminatie die zwarte vrouwen ervaren en hun ervaringen verschillen van die van witte vrouwen. Daarmee is ze de eerste die het niet alleen heeft over discriminatie uitsluitend op basis van gender, maar ook op basis van huidskleur en etniciteit.
De term “intersectionaliteit” wordt voor het eerst gebruikt in de 1989 door de feministische Amerikaanse jurist Kimberlé Crenshaw in een tekst over haar ervaringen in de rechtbank. Crenshaw merkt dat een Amerikaanse rechter er niet in slaagt te bepalen of een groep zwarte vrouwen gediscrimineerd wordt op de werkvloer vanwege hun gender of hun huidskleur. De mogelijkheid dat deze twee aspecten van hun identiteit een specifieke vorm van discriminatie mogelijk maakt, gaat de rechter het petje te boven. Crenshaw toont echter aan dat zwarte vrouwen unieke vormen van discriminatie ervaren die verschillen van de ervaringen van hun witte, vrouwelijke collega’s of van hun zwarte, mannelijke collega’s. Hierdoor wordt duidelijk dat verschillende onderdrukkingsmechanismen, zoals seksisme en racisme, op elkaar inspelen en elkaar zelfs mogelijkerwijs versterken. Haar tekst On Intersectionality van 1989 waarschuwt voor blindheid voor aspecten die een benadeelde of geprivilegieerde positie kunnen creëren.
Er is niet zoiets als een eenzijdig probleem, want we leven geen eenzijdige levens. Audre Lorde
Kimberlé Crenshaw is daarmee de grondlegger van de intersectionaliteitstheorie. In een artikel van 1991 onderscheidt Crenshaw drie vormen: structurele, politieke en representatieve intersectionaliteit.
Talloze academici waaronder Patricia Hill Collins, Gloria Wekker, Nira Yuval-Davis, Floya Anthias, Mary Maynard en Mieke Verloo hebben de intersectionaliteitstheorie mee vorm gegeven en verdiept. Al deze nieuwe inzichten hebben de feministische beweging wereldwijd gerevolutioneerd en gaven impuls aan het ontstaan van de derde feministische golf.
Aangezien feminisme zich als doel stelt de belangen van alle vrouwen te behartigen, dient feminisme per definitie intersectioneel te zijn en alle vormen van onderdrukking tegen te gaan. De beste manier om intersectioneel feminisme te begrijpen, is je in te lezen over verschillende systemische machtsdynamieken die structurele vormen van discriminatie en privilege in de hand werken. In de loop der tijd is feminisme immers terechtgewezen, uitgedaagd en verdiept door andere emancipatorische bewegingen die de feministische beweging wees op haar blinde vlekken en tekortkomingen. Daardoor is feminisme anno 2021 veel diverser, uitgebreider en inclusiever dan pakweg het feminisme van de witte suffragettes uit de Belle époque en de Dolle Mina’s van de jaren zeventig. Toch is er nog steeds een lange weg te gaan. Het feminisme is een theorie en een beweging die zich elke dag opnieuw verdiept en verbetert. Kom meer te weten over de groei van het feminisme doorheen de verschillende feministische golven of ontdek de verschillende feministische stromingen die allerlei verschillende accenten leggen in hun strijd tegen genderongelijkheid.