hier komen promoties & acties

bell hooks

Iconische Amerikaanse auteur, poëet, professor en activist

Om haar vrouwelijke voorouders te eren leent bell hooks de naam van haar grootmoeder langs moederskant. De hoofdletters laat ze bewust achterwege om zich te onderscheiden van haar grootmoeder, alsook uit protest tegen het ego dat gepaard gaat met een auteursnaam. Het is slechts één voorbeeld van bell hooks’ radicaal creatieve visie op de wereld. Ze verzet zich onverbiddelijk tegen rigide normen die creativiteit en individualiteit inperken, en gelooft in de noodzakelijke, bevrijdende kracht van out-of-the-box thinking. Voor bell hooks telt de inhoud van haar talloze boeken, niet de faam rond haar persona, en daar gaat ze prat op. In haar werk focust ze zich op de systematische onderdrukking van constructen als ras, gender en sociale klasse, die onlosmakelijk met elkaar verbonden zijn. Hiermee is ze een van de moeders van het intersectioneel feminisme dat vandaag door feministen wereldwijd wordt bestudeerd, beleefd en toegepast. bell hooks overlijdt op 15 december 2021 en laat een indrukwekkende intellectuele en activistische erfenis achter, met meer dan dertig boeken en miljoenen lezers die ze inspireerde met haar liefdevolle, feministische filosofie.

Bell Hooks

Bron foto: Montikamoss / CC BY-SA

Op eigen kracht

Gloria Jean Watkins wordt op 25 september 1952 geboren in Hopkinsville, een dorpje in de Zuiderse staat Kentucky dat destijds nog strikt gesegregeerd is. Met haar vijf zussen en één broer groeit ze op in een moeilijke gezinssituatie met een dominante en gewelddadige vader – een representatie van het patriarchaat, beseft ze later.

De jonge Gloria vindt soelaas in poëzie, in voordracht en in schrijven. Als kind gaat ze naar een gesegregeerde school, waar ze wordt aangemoedigd om veel te lezen en te studeren. Maar wanneer de scholen in Kentucky geïntegreerd worden, stuurt haar familie haar naar een overwegend witte school. Het virulent racisme dat ze daar ervaart, is even stuitend als vormend.

“Life-transforming ideas have always come to me through books.” bell hooks

In het begin van de jaren zeventig gaat ze Engelstalige literatuur studeren aan Stanford University. Van haar familie kan ze geen steun verwachten: daar vindt men dat een vrouw tevreden moet zijn met de traditionele rol die voor haar is weggelegd. Om te overleven combineert ze haar studies met lesgeven en een job als telefonist. In diezelfde periode neemt ze haar pseudoniem aan waarmee de wereld haar zal erkennen als een groots intersectioneel denker: bell hooks, de naam van haar grootmoeder maar dan zonder hoofdletters. Haar grootmoeder is immers een voorbeeld van strijdvaardigheid en stoutmoedigheid voor Gloria. Door zich deze naam eigen te maken put ze kracht uit haar moederlijke familielijn om op te staan tegen patriarchale onderdrukkers en haar tegenstanders. De hoofdletters laat ze enerzijds vallen om zich te onderscheiden van haar grootmoeder, en anderzijds omdat ze zich wil distantiëren van het ego dat te veel nadruk legt op de persoon, en niet diens ideeën en werk.

Dilemma

In 1978 publiceert hooks haar eerste poëziebundel And There We Wept (1978). Drie jaar later volgt haar eerste non-fictieboek Ain't I a Woman: Black Women and Feminism (1981), waar we een uitgebreide bespreking van hebben op de RoSa website. Het is het resultaat van veel losse schrijfsels waaraan ze al sinds haar prille studententijd werkt. In navolging van Sojourner Truth veroordeelt hooks het feit dat zwarte vrouwen en vrouwen van kleur systematisch onzichtbaar blijven in de geschiedenis van de vrouwenbeweging. Met haar eerste non-fictieboek wilt ze daar verandering in brengen. Haar doctoraat, een studie over de Afro-Amerikaanse auteur Toni Morrison, rondt hooks af in 1983.

“I will not have my life narrowed down. I will not bow down to somebody else's whim or to someone else's ignorance.” bell hooks

Het werk stuurt de koers bij van de toenmalige feministische beweging, die tot dan hoofdzakelijk wordt geleid door hoger opgeleide, welgestelde en witte vrouwen die niet beseffen dat ze zelf deel uitmaken van de demografische groep die zwarte vrouwen onderdrukt. hooks stelt vast dat witte iconen van de vrouwenbeweging zwarte vrouwen en hun specifieke belangen niet (h)erkennen en dus ook niet (kunnen) vertegenwoordigen.

Hoe dan ook, concludeert ze bijgevolg, dienen zwarte geëngageerde vrouwen te kiezen tussen de pest en de cholera: waar de dominante witte vrouwenbeweging hen onderdrukt door (impliciet) racisme, onderdrukt de masculiene burgerrechtenbeweging hen door middel van patriarchale en seksistische attitudes.

Liefde en zorg

Een belangrijk en wederkerend thema in het oeuvre van hooks is liefde als politiek handelen en zorg voor elkaar als vorm van collectieve emancipatie. Zo verdedigt hooks de noodzaak van gemeenschapszorg en -opvoeding vanuit het principe “it takes a village to raise a child”.

“It takes a village to raise a child.” Afrikaans en feministisch gezegde

Dit Afrikaanse gezegde, wereldwijd omarmd als feministisch ideaal, vormt de kern van hooks’ kritiek op individualistische opvoedingsnormen en kapitalistische waarden, maar ook op de patriarchale opdeling tussen onbetaalde zorgarbeid als vrouwentaak en betaalde arbeid als mannentaak. Voor hooks is opvoeding niet alleen een verantwoordelijkheid van ouders, maar een gedeelde taak van de hele gemeenschap. Ze beschouwt kinderen als volwaardige burgers die nog hun plaats moeten vinden in de samenleving. Ze zijn volgens hooks dan ook gebaat met een divers en uitgebreid netwerk van liefdevolle,ondersteunende en bovenal zorgzame relaties. Enkel zo kunnen zij zich ten volle ontplooien, gedijen en actief deel uitmaken van een samenleving.

Concrete voorstellen die hooks formuleert om deze visie in de praktijk om te zetten, variëren van gedeelde oppasregelingen en oudergroepen tot maatschappelijke ondersteuning voor ouders zoals educatieve programma’s en toegankelijke kinderopvang. Dergelijke structuren moeten ouders verlichten van de emotionele, fysieke en financiële druk waarmee opvoeding in moderne, kapitalistische samenlevingen helaas vaak gepaard gaat. Het gaat dus niet alleen om het verbeteren van het welzijn van kinderen, maar ook van ouders.

In hooks’ visie spelen niet alleen ouders, maar ook andere familieleden, buren, vrienden en andere actoren in de gemeenschap een belangrijke rol in het leven van kinderen. We kennen allemaal de verhalen van die ene leerkracht die het verschil maakte of de jeugdwerker die iets zag in een kind dat het zelf misschien niet had opgemerkt zonder de nodige erkenning en aanmoediging. Ook heeft hooks oog voor de meerwaarde van intergenerationele wijsheid die in collectieve zorg en opvoeding beter bewaard en doorgegeven wordt.

Gemeenschapsopvoeding is volgens hook een win-win: het stimuleert niet alleen de persoonlijke, emotionele, relationele en sociale ontwikkeling van kinderen, maar ook het sociaal weefsel van de gemeenschap, dat alle leden een warm vangnet biedt. Gemeenschapszorg is voor hooks meer dan een visie op opvoeding; het is een maatschappijbeeld - of liever een ideaal - dat solidariteit en actieve betrokkenheid centraal stelt als verzet tegen de ongelijkheid, vervreemding en het isolement die kapitalisme veroorzaakt.

hooks pleit voor een solidaire en actieve zorgsamenleving, waarin niet individuele verantwoordelijkheid maar individuele vrijheid zegeviert. In een van haar meest populaire werken, All About Love: New Visions (2000) betoogt de gedreven activist dat deze collectieve benadering van de samenleving en samen zorgen een alternatief biedt op de eenzaamheid, competitie en prestatiedruk in de opvoeding van kinderen die kapitalistische samenlevingen voortbrengen. Ook in Teaching to Transgress (1994) verdiept ze haar ideeën rond alternatieve vormen van samenleven en zorgen, als antwoord op het kapitalistische, patriarchale en heteronormatieve ideaal van ‘het kerngezin’.

bell hooks stelt zowel patriarchale als kapitalistische noties in vraag die zorgarbeid onderwaarderen omdat het enerzijds een vrouwentaak zou zijn en anderzijds omdat het rechtstreekse, snelle en tastbare winst oplevert.

Mannelijkheid en mannen

Dat ze in haar schrijven haar voeten veegt aan het formele academische jargon (ze gebruikt bijvoorbeeld geen voetnoten) typeert haar informele, drempelverlagende en dus inclusieve schrijfstijl. Desalniettemin levert haar kenmerkende stijl haar in het begin van haar carrière ook veel kritiek op. Tegenstand ervaart ze op alle fronten. Zo reageren witte feministen in eerste instantie verbolgen omdat ze met haar kritiek over wit privilege in de vrouwenbeweging verdeeldheid zou zaaien. Ook de masculiene burgerrechtenbeweging slaat haar kritische opmerkingen op patriarchale attitudes in de wind.

Het inspireert hooks om een vervolg te schrijven, Feminist Theory From Margin to Center (1984), waarin ze uitlegt dat solidariteit met iedereen, dus ook niet-wite vrouwen, inhoudt dat de ideologie van het hegemonische, westerse feminisme een stap opzij moet zetten en aan kritische zelfreflectie moet doen. Tegelijkertijd spreekt ze zich ook uit over het anti-man-gevoel dat de beweging lijkt te kenmerken. Mannen zijn een stuk van de oplossing, vindt hooks, en het zou goed zijn als ze een actieve rol zouden spelen in het ontmaskeren en ontmantelen van structureel seksisme.

Mannelijkheid vormt dan ook een belangrijk thema in hooks' oeuvre. In 2004 publiceert ze zowel The Will To Change: Men, Masculinity and Love als We Real Cool: Black Men and Masculinity.

Intellectueel nalatenschap

bell hooks gelooft in kritisch denken als motor voor verandering en empowerment, en in het vertalen van persoonlijke pijn naar publieke energie. Ze publiceert meer dan dertig titels, waaronder non-fictie, poëziebundels en kinderboeken. Met haar boeken inspireert ze niet alleen tal van zwarte vrouwen die zich nooit volledig thuis konden voelen in de dominant witte feministische beweging, maar geeft ze ook mee vorm aan de studie van gender en diversiteit als academische discipline. Haar boeken Ain't I A Woman? Black Women and Feminism (1981), Feminist Theory: From Margin To Center (1984), All About Love: New Visions (2000) en Feminism Is For Everybody: Passionate Politics (2000) gelden als ware klassiekers in het feministische canon. 


In de pers:

Meer lezen?


Aanraders uit de RoSa-bibliotheek: