Eerste vrouwelijke architect in Oostenrijk & ontwerper van de eerste compacte keuken
Als we in onze moderne ingebouwde keuken staan te kokkerellen, dan staan we eigenlijk midden in een ontwerp van Margarete Schütte-Lihotzky (1897-2000). Zij was het die de eerste compacte keuken ontwierp, bekend geworden als de ‘Frankfurter Küche’, een voorloper van functioneel design.
"In 1916 no one would have conceived of a woman being commissioned to build a house - not even myself.”
De Oostenrijkse Margarete Lihotzky wordt op 23 januari 1897 geboren in Wenen in een gezin dat tot de gegoede klasse behoort. Margarete Schütte-Lihotzky, zoals ze later bekend zal staan, laat zich inschrijven aan de Weense Kunstgewerbeschule, richting architectuur, waar ze de eerste vrouwelijke student wordt. Haar mentor is Oskar Strnad, één van de pioniers van de sociale huisvesting in Wenen. Mee door hem begint Schütte-Lihotzky zich voor sociale woningbouw te interesseren. Ze werkt onder meer samen met Adolf Loos aan een project voor de huisvesting van veteranen uit de eerste wereldoorlog.
De ontwerpen van Margarete Schütte-Lihotzky trekken de aandacht van Ernst May, stadsarchitect van de Duitse stad Frankfurt. In 1926 biedt May haar een plaats aan in zijn team. In Frankfurt ontmoette ze de architect Wilhelm Schütte, met wie ze in 1927 huwt.
Om de enorme woningnood in Frankfurt aan te pakken wordt er een ambitieus woonproject opgezet, ‘het nieuwe Frankfurt project’, dat goedkope en comfortabele woningen zal bouwen. Het is voor dit bouwproject dat Margarete Schütte-Lihotzky in 1926 haar compacte, ergonomische keuken ontwerpt. Klein van formaat, 1,9 m op 3,4 m, is de keuken zo ontworpen dat je met een minimum aan bewegingen kan werken. Een handige draaikruk op wieltjes zorgt ervoor dat je niet telkens hoeft op te staan. Verder zijn er ingebouwde kasten met glazen deuren zodat je meteen kan zien wat waar staat, een opklapbare strijkplank, een plafondlamp bevestigd aan een rail en dus verplaatsbaar. Rechts van de spoelbakken heb je een kast die onderverdeeld is in 18 aluminium bakjes met handvatten. Deze bakjes zijn gelabeld en voorzien van handige tuiten om te gieten. Bovendien hebben ze markeringen die het gewicht of de hoeveelheid aangaven, zo kan je meteen de juiste hoeveelheid afmeten. De keukenkasten worden in het blauw geschilderd omdat men overtuigd is dat insecten zoals vliegen blauw mijden.
Schütte-Lihotzky's Frankfurter Küche is in verschillende museumcollecties opgenomen, zoals het Museum voor Toegepaste Kunst in Wenen, het MOMA in New York en het Victoria & Albert museum in Londen.
De naam Margarete Schütte-Lihotzky zal altijd verbonden blijven aan die keuken, maar ze heeft natuurlijk nog ander werk afgeleverd. Zo ontwerpt ze onder andere gebouwen voor het kleuteronderwijs. In 1930 maken zij en haar man deel uit van de ‘Bauhaus Brigade’ van Ernst May, die in de toenmalige Sovjet Unie een viertal steden bouwen.
In 1939 wordt Schütte-Lihotzky lid van de Oostenrijkse communistische partij. Tijdens de oorlog sluit ze zich aan bij het communistische verzet tegen het naziregime. Tijdens een ontmoeting met een verzetsleider in 1941 wordt ze opgepakt en veroordeeld tot 15 jaar gevangenis. Na de oorlog raakt ze als lid van de communistische partij moeilijk aan werk in Oostenrijk. Daarom gaat ze na afloop van WOII aan de slag in China, Cuba en de DDR.
In haar geboorteland krijgt Margarete Schütte-Lihotzky pas laat in haar leven erkenning voor haar architecturale en politieke werk. Voor haar verzetsactiviteiten ontvangt ze in 1978 een medaille. De stad Wenen verleent haar in 1980 de Architectuurprijs.
Schütte-Lihotzky sterft in 2000, vijf dagen voor haar 103e verjaardag, aan de gevolgen van de griep. De Australische Robyn Archer baseerde een aantal jaar later haar toneelstuk ‘Architektin’ op het leven van Lihotzky. De première vond plaats op 2 september 2008 in Adelaide.