hier komen promoties & acties

1995: Wereldvrouwenconferentie in Peking

Op de wereldvrouwenconferenties van Peking in 1995 worden vrouwenbelangen op de kaart gezet als een zaak voor iedereen en binnen elk beleidsdomein. Ook gender & mainstreaming wordt geïntroduceerd.

Situatieschets

Internationale samenwerking, zo beseft ook de vrouwenbeweging al heel snel, is noodzakelijk om vrouwenbelangen op de agenda te plaatsen. De wereldvrouwenconferenties ontpoppen zich als de plaats bij uitstek voor vrouwenorganisaties wereldwijd om elkaar te ontmoeten en te versterken. Van de vier conferenties is die van Peking in 1995 misschien wel de belangrijkste. Vrouwenbelangen worden er op de kaart gezet als een zaak voor iedereen en binnen elk beleidsdomein. Met de introductie van gender en mainstreaming worden concrete instrumenten gegeven aan nationale en internationale beleidsmakers om vrouwenbelangen op te nemen binnen alle beleidsplannen. In Peking krijgen NGO’s daarnaast voor het eerst op grote schaal de kans te wegen op de (inter)nationale genderagenda.

Vier wereldvrouwenconferenties

Logo wereldvrouwenconferentie BejingDe wereldvrouwenconferenties zijn een initiatief van CSW (Commission on the Status of Women van de VN) om verschillende lidstaten samen te brengen om over vrouwenrechten te praten. 
Het historisch startschot van de wereldwijde dialoog rond gendergelijkheid word in 1975 gegeven tijdens het Internationaal Jaar van de vrouw. Die eerste wereldvrouwenconferentie in Mexico resulteert in een World Plan of Action. Vooral de samenwerking en uitwisseling tussen vrouwen(organisaties) wereldwijd is erg belangrijk. De tweede wereldvrouwenconferentie in Kopenhagen 5 jaar later biedt een kans voor een wereldwijde evaluatie. Hoewel er heel wat vooruitgang geboekt werd in de jaren tussen de twee conferenties, groeit het inzicht dat gelijke rechten niet noodzakelijk gelijke kansen betekent. De derde wereldvrouwenconferentie in Nairobi staat geboekstaafd als de geboorte van het mondiale feminisme. Nooit eerder nemen zoveel vrouwenorganisaties deel aan een internationale conferentie. Voor het eerst is er ook een parallel NGO-forum, waar 15000 NGO’s kennis uitwisselen. Hoewel men het voorafgaand decennium hard gewerkt heeft aan vrouwenrechten komt men in Nairobi tot de vaststelling dat de doelstellingen van Mexico en Kopenhagen verre van gerealiseerd werden. Een nieuwe aanpak dringt zich op en maakt van de Nairobi-conferentie een nieuwe mijlpaal. In de Forward Looking Strategies worden alle thema’s tot vrouwenthema’s uitgeroepen. Voor het eerst worden vrouwenrechten niet gezien als een apart beleidsdomein, maar als een zaak die binnen alle beleidsdomeinen moet behartigd worden. Tijdens de vierde en misschien wel belangrijkste wereldvrouwenconferentie in Peking wordt dit inzicht dankzij de introductie van nieuwe concepten als 'gender en mainstreaming' omgezet in concrete actieplannen.

1995: Peking Actie Platform, 12 ‘critical areas of concern’

De actieplannen van de vorige conferenties hadden de omstandigheden voor vrouwen op heel wat gebieden verbeterd, maar de fundamentele structuur van ongelijkheid tussen mannen en vrouwen bleef onveranderd. In de jaren ’90 groeit het inzicht dat de gelijkwaardige participatie van vrouwen in alle besluitvormingsprocessen de sleutel vormt tot gelijkwaardigheid. Absoluut vernieuwend op de Pekingconferentie is dan ook de overstap van focus op vrouwen naar het concept gender en de introductie van gendermainstreaming. De hele structuur van onze samenleving, met alle relaties tussen mannen en vrouwen erin verweven, moet herzien worden.

Deze nieuwe inzichten resulteren in het Peking Actieplatform - een actieprogramma rond ‘12 critical areas of concern’:

  1. De aanhoudende en toenemende last die op de schouders van vrouwen rust als gevolg van armoede
  2. Ongelijkheden en onvolkomenheden in en ongelijke toegang tot onderwijs  en opleiding
  3. Ongelijkheden en onvolkomenheden in en ongelijke toegang tot gezondheidszorg en aanverwante voorzieningen
  4. Geweld jegens vrouwen
  5. De gevolgen van gewapendeen andere soorten conflicten voor vrouwen, met inbegrip van vrouwen die onder buitenlandse bezetting leven
  6. Ongelijkheid in economische structuren en beleidsmaatregelen, in alle vormen van productieve activiteiten en in de toegang tot hulpbronnen
  7. Ongelijkheid tussen mannen en vrouwen in de gezamelijke uitoefening van macht en gezamelijke besluitvorming op alle niveaus
  8. Ontoereikende mechanismen op alle niveaus om de verbetering van de positievan de vrouwen te bevorderen
  9. Gebrek aan eerbied voor en ontoereikende bevordering en bescherming van de mensenrechten van vrouwen
  10.  Stereotiepe ‘verbeelding’ van vrouwen en ongelijkheid in de toegang tot, en de participatie van vrouwen in  alle communicatiesystemen, met name in de media
  11. Ongelijkheden tussen mannen en vrouwen in het beheer van natuurlijke hulpbronnen en het behoud van het milieu
  12. Aanhoudende discriminatie van en schending van de rechten van meisjes 

Bron: Toekomst na Peking +10, instituut voor de gelijkheid van Vrouwen en Mannen

Cruciale rol voor NGO’s

Dankzij de wereldvrouwenconferenties komen ook talrijke NGO’s wereldwijd samen. Dit leidt tot heel wat samenwerking en dialoog. De inbreng van het parallelle NGO-platform op de Pekingconferentie kan nauwelijks overschat worden. Meer dan 30000 organisaties nemen deel. Meer dan 3000 mensen participeren in de officiële conferentie. Zij drukken hun stempel op de inhoud van het actieplatform en spelen, als drukkingsgroepen op nationale regeringen, een cruciale rol in de uitvoering van het actieplatform.

Opvolging van het actieplatform

189 landen, waaronder België, ratificeren het Peking Actie Platform en drukken daarmee hun engagement uit om discriminaties ten opzichte van vrouwen weg te werken. De slotdocumenten van vrouwenconferenties hebben echter enkel een morele binding en zijn niet afdwingbaar. Jaarlijkse rapportages moeten de landen stimuleren om de twaalf actiepunten concreet uit te werken. Meer dan tien jaar later blijkt, ondanks het vrijblijvende karakter, toch vooruitgang te merken. Heel wat landen hebben acties ondernomen om de doelstellingen van het actieplatform te realiseren. Tegelijkertijd moet er onderkend worden dat er nog een lange weg te gaan is voor de strategische doelstellingen van Peking bereikt zullen zijn.

Backlash

In 2005 volgt geen 5de conferentie, maar wel een follow-up. Men vreest immers dat de zogenaamde Pekingresoluties terug afgezwakt zouden worden. Maar niet alles is kommer en kwel. De inzichten van Nairobi en Peking zijn niet in dovemansoren gevallen. Vrouwenorganisaties wereldwijd engageren zich om vrouwenrechten te verdedigen binnen elk beleidsdomein. Niet enkel bij de vrouwenconferenties, maar op elke mondiale conferentie tijdens de jaren 1990 zijn vrouwenorganisaties talrijk en goed voorbereid aanwezig om, ook binnen het domein van de conferentie in kwestie, gender op de agenda te plaatsen. Hierdoor boeken ze heel wat resultaten, maar wekken tegelijkertijd ook heel wat wrevel op. De successen van de vrouwenbewegingen veroorzaken een backlash. Er komt een tegenbeweging op gang, gedragen door het Vaticaan, afgevaardigden van meer religieus conservatieve regeringen en conservatieve NGO’s. Zij zien de veranderende machtsrelaties tussen mannen en vrouwen als een bedreiging voor familie, staat en God. De tegenstand focust vooral op de reproductieve rechten van vrouwen en rechten die de traditionele familie ondermijnen. De hevigheid van de tegenstand bewijst onbedoeld dat ook zij beseffen dat de sleutel voor verandering bij vrouwen ligt.

Meer lezen op de RoSa-website

Aanraders uit de RoSa-bibliotheek

Rapportage-rapporten, verslagen van NGO-deelname aan Peking en nog zoveel meer zijn uiteraard ook terug te vinden in de RoSa-bibliotheek. Zoek in de catalogusonder de combinatie van trefwoorden: 'Vrouwenconferenties' en '1995'.