hier komen promoties & acties

Doris Lessing

Auteur en onwillig rolmodel

Doris Lessing

“Oh Christ,” antwoordt Doris Lessing laconiek wanneer ze in 2007 te horen krijgt dat ze Nobelprijs voor Literatuur in ontvangst mag nemen. “Dan heb ik nu alle literaire prijzen gewonnen.” De Britse autodidact Doris Lessing hertekent niet alleen het literaire landschap van de twintigste eeuw, ze is ook een rolmodel voor veel feministen. Een onwillig rolmodel, weliswaar. Zo zijn dwarsliggers nu eenmaal.

Leven

Doris Lessing (née 1919 als Doris May Tayler) is de dochter van een Brits stel dat elkaar ontmoet tijdens de Eerste Wereldoorlog. Haar vader werkt als klerk voor de Bank of Persia, haar moeder is verpleegkundige. Doris wordt geboren in Perzië (het huidige Iran). Wanneer ze zes jaar oud is, verhuizen haar ouders naar de Britse kolonie Zuid-Rhodesië (het huidige Zimbabwe), met het idee fortuin te maken met maïsplantages.

Bron foto: Elke Wetzig (elya) / CC BY-SA

Die onderneming loopt echter niet zoals verhoopt. Haar vader kan niet aarden op Afrikaanse bodem en de grond die ze kochten levert niet de verwachte inkomsten. Haar moeder houdt de schijn evenwel hoog en voedt haar dochter met strenge hand op. Wanneer de nonnen op school daar nog een schep bovenop doen, verlaat Doris op haar dertiende de middelbare school. Op haar vijftiende laat ze ook het ouderlijk huis achter zich om te werken als kindermeid. Vanaf dan is de stap van verwoed lezer naar het auteurschap snel gezet. Ze begint zelf te schrijven en stuurt haar verhalen naar verschillende magazines in Zuid-Afrika.

Achttien jaar is ze wanneer ze in 1937 naar de toenmalige hoofdstad Salisbury verhuist om te werken als telefoniste. Daar ontmoet ze haar eerste echtgenoot, Frank Wisdom. Het koppel trouwt in 1939 en krijgen niet lang daarna een zoon, John. Een tweede kind, Jean, volgt, maar het huwelijk houdt geen stand. Lessing verlaat het huishouden in 1943 en laat de kinderen bij hun vader. Later blikt ze hierop terug en stelt ze dat ze moed getoond heeft door die beslissing te maken. De rompslomp van een jong gezin is te saai voor een vrouw met haar intellectuele behoeften, aldus Lessing. Ze voegt hieraan toe dat ze niet wilt eindigen als een gefrustreerde alcoholist, of erger nog, als haar moeder.  

“Als een man”

In de Left Book Club waar de communistisch gezinde Doris lid van is, leert ze haar tweede echtgenoot Gottfried Lessing kennen. Ze huwen vrij snel en krijgen een zoon, Peter, in 1946. De relatie strandt drie jaar later, waarna Lessing zich met haar jongste in Londen vestigt. Datzelfde jaar debuteert ze als schrijfster met de roman Het zingende gras. Ze zou niet meer hertrouwen, maar aan minnaars geen gebrek. Haar zoon heeft verschillende aandoeningen en woont het grootste deel van zijn leven bij haar.

Die verschillende stukken identiteit – haar leven in Afrika, haar politieke overtuiging, haar leven als alleenstaande moeder en haar liefdesleven dat door de goegemeente als promiscue wordt beschouwd – vormen de basis van de notitieboeken van die fictieve Anna Wulf in Het Gouden Boek, een vrouw die volgens critici probeert te leven als een man.  

Het Gouden Boek

Razend is ze naar verluidt, wanneer ze hoort dat recensenten haar postmodernistische roman Het Gouden Boek (1962) als een feministisch manifest interpreteren. Als Doris Lessing ergens wars van is, dan zijn het hokjes.

Het Gouden Boek – niet haar eerste roman, wel haar internationale doorbraak – vertelt aan de hand van fragmenten uit vier gekleurde notitieboeken over het leven en werk van schrijfster Anna Wulf. Centraal staat een pijnlijk rauwe versie van de vrouwelijke ervaring. Hoe vrouwen seks en minnaars ervaren, het moederschap, vriendschap en liefde: dat was danig nieuw voor die tijd. Toch vindt Lessing de feministische lezing van haar werk maar niets. Zij schrijft een verhaal over mentale problemen en instorten, zegt ze. Over breken – ook als samenleving – om te kunnen helen.

Lessing is dan misschien niet blij dat feministen Het Gouden Boek tot de bijbel van een sociale beweging verheffen, haar radicale levensstijl is op zich al voldoende om haar tot icoon van de groeiende vrouwenbeweging te bombarderen.  

Soefisme en Sci-Fi

Al bij al is Lessing wel degelijk een feminist, maar meer nog een all-round radicaal wezen, een vrouw die geen genoegen kan nemen met het script dat de maatschappij voor haar in petto heeft. Alle conventies moeten op de schop. De genderstereotiepe, maar net zo goed opgelegde ideologische denkkaders voelen verstikkend. Uiteindelijk zal zelfs het communisme haar teleurstellen. In 1956 stapt ze uit de partij. Toch blijkt in 2015, twee jaar na haar dood, dat ze jarenlang in de gaten gehouden door de Britse geheime dienst omwille van haar ideologische overtuigingen.

Meer en meer begin Doris Lessing de mensheid als een verloren zaak te beschouwen. Spirituele inspiratie vindt ze in het soefisme, wat een nieuwe wind brengt in haar literaire werk. In de jaren zeventig en tachtig schrijft ze hoofdzakelijk kosmische fantasy, waaronder de vijfdelige intergalactische klimaatthriller Canopus in Argos (1979-1983). Opmerkelijk is dat in die tijd wel meer auteurs met een feministisch profiel hun visie uiteindelijk vertalen in science fiction, of wat men vandaag liever “true fiction” noemt: ook Ursula LeGuin, Margaret Atwood en Jeanette Winterson creëeren alternatieve universa om hun wereldbeeld in te zetten.

Visionaire kracht

Ondanks de kritiek op haar persoonlijkheid en haar levensstijl, bestaat er weinig discussie over Lessings literaire prestaties. Ze wint onder meer de Los Angeles Times Book Prize en De Prinses van Asturiëprijs, maar de kers op de taart is de Nobelprijs, voor wat de jury benoemt als haar “scepsis, passie en visionaire kracht”. Ze publiceert meer dan vijftig titels, waaronder een aantal klassiekers, en verschillende poëziebundels.

Doris Lessing overlijdt in 2013 op 94-jarige leeftijd.


Aanraders uit de RoSa-bibliotheek: