Liberiaanse econoom, Nobelprijswinnaar en de eerste democratisch verkozen vrouwelijke president van een Afrikaanse staat
Ellen Johnson Sirleaf is een gerenommeerde Liberiaanse econoom, politica en een onvermoeibare pleitbezorger voor vrede, vrouwenrechten en duurzame ontwikkeling. In 2006 schrijft ze geschiedenis als eerste democratisch verkozen vrouwelijke president van een Afrikaans land. Gedurende haar ambtstermijn van 2006 tot 2018 leidt ze Liberia door een cruciale periode van wederopbouw na jaren van burgeroorlog. Ze zet zich in voor democratische hervormingen, economische groei en de versterking van vrouwen als drijvende kracht achter duurzame ontwikkeling. Haar leiderschap wordt wereldwijd geprezen als een mijlpaal in de strijd voor gendergelijkheid en duurzame ontwikkeling.
Ellen Johnson Sirleaf wordt geboren op 29 oktober 1938 in Monrovia, Liberia. Haar vader is arts, haar moeder ondernemer. Ze groeit op in een omgeving waar onderwijs en sociaal succes van groot belang zijn. Na haar middelbare school in Monrovia vervolgt Johnson Sirleaf haar hogere studies in de Verenigde Staten. Daar behaalt ze een bachelordiploma in economie en boekhouding aan de Universiteit van Colorado in Boulder, en een master in openbaar bestuur aan de Universiteit van Harvard.
Na haar studies keert Johnson Sirleaf terug naar Liberia, waar ze van 1972 tot 1978 staatssecretaris van Financiën wordt en van 1979 tot 1980 minister van Financiën onder president William Tolbert. Haar politieke carrière wordt echter ruw onderbroken wanneer Tolbert in 1980 wordt afgezet en vermoord tijdens een militaire staatsgreep onder leiding van Samuel Doe. De nieuwe militaire regering onderdrukt de politieke oppositie, en Johnson Sirleaf moet Liberia verlaten.
Bron afbeelding: Sean Hurt, CC BY 2.0 , via Wikimedia Commons
In 1985 keert ze terug, maar haar openlijke kritiek op Does militaire regime komt haar duur te staan: ze wordt gearresteerd en veroordeeld tot tien jaar gevangenisstraf. Ze wordt echter al gauw vrijgelaten, waarna ze het land opnieuw ontvlucht.
Intussen begint krijgsheer Charles Taylor een gewapende opstand tegen Doe, wat een bloedige burgeroorlog ontketent in Liberia en tot een wissel van de macht leidt. In die periode leeft Johnson Sirleaf twaalf jaar in ballingschap in Kenia en de Verenigde Staten, waar ze haar carrière in de financiële sector verder uitbouwt en werkt als econoom voor de Wereldbank en Citibank. Van 1992 tot 1997 staat ze aan het hoofd van het Afrikaanse kantoor van het Ontwikkelingsprogramma van de Verenigde Naties (UNDP).
Wanneer de autocratische president Charles Taylor in 2003 gedwongen wordt af te treden en het land te verlaten, keert Ellen Johnson Sirleaf terug naar Liberia om te helpen bij de wederopbouw van het land. In 2005 dingt ze mee naar het presidentschap in de eerste democratische verkiezingen na de oorlog, die ze wint met 59,4% van de stemmen.
In januari 2006 legt ze officieel de eed af en schrijft ze geschiedenis als de eerste democratisch verkozen vrouw aan het hoofd van een Afrikaans land.
Ellen Johnson Sirleaf staat internationaal bekend als een drijvende kracht achte vrouwenemancipatie in Afrika. Als panafrikanist met een publiek profiel én als Liberiaans president zet ze zich onophoudelijk in voor vrouwenrechten en meer in het algemeen voor gendergelijkheid, zowel in Liberia als daarbuiten. Tijdens haar presidentschap focust haar beleid op drie cruciale pijlers: onderwijs, economische empowerment en de strijd tegen gendergerelateerd geweld.
Hoe progressief Johnson Sirleafs streven naar democratie en vrouwenrechten ook mag zijn, haar positie inzake seksuele vrijheid en homorechten is aanzienlijk minder vooruitstrevend. Tijdens haar presidentschap blijft ze - ondanks internationale druk - achter de homofobe ‘vrijwillige sodomie’-wetten staan die homoseksualiteit in Liberia de facto criminaliseren, met gevangenisstraffen tot een jaar. Hoewel de wetten al jaren niet meer worden toegepast, verklaart het staatshoofd niet van plan te zijn om deze wetten uit het strafrecht te halen. In een gespannen en geruchtmakend interview in 2012, samen met de toenmalige Brits premier Tony Blair, stelt Ellen Johnson Sirleaf: "We like ourselves just the way we are. We’ve got certain traditional values in our society that we would like to preserve."
Belangrijk om mee te geven is dat Liberia een diep conservatief en religieus land is en dat Johnson Sirleaf president werd in een politiek kwetsbare situatie, waardoor zij de steun van religieuze leiders en andere prominenten nodig had om Liberia uit de ruïnes van oorlog en schulden te tillen. Toch valt niet te ontkennen dat hoewel ze een pionier was op het vlak van vrouwenrechten, haar beleid inzake LGBTQ+-rechten eerder pragmatisch en behoudsgezind was.
Als eerste vrouwelijke president van Liberia heeft Ellen Johnson Sirleaf ongetwijfeld haar stempel gedrukt op de geschiedenis van haar land en ver daarbuiten. Ellen Johnson Sirleaf leidt Liberia niet alleen met visie en vastberadenheid uit de ruïnes van een burgeroorlog en uit de schulden, ze heeft ook het pad geëffend voor een bestuursmodel waarin vrouwenrechten centraal staan. Het is daar dat duidelijk haar prioriteiten liggen: in de strijd voor vrouwenrechten en in het bijzonder op onderwijs voor meisjes en vrouwen. Ook spreekt Johnson Sirleaf zich in verschillende inspirerende toespraken uit voor de economische en politieke participatie van Liberiaanse en Afrikaanse vrouwen.
Johnson Sirleaf heeft nieuwe generaties laten zien dat een vrouw zowel moeder als een uitzonderlijk leider kan zijn en dat deze twee rollen niet tegenstrijdig zijn, maar elkaar kunnen aanvullen. Ze is niet alleen een opmerkelijke president geweest in Liberia, maar ook een bron van inspiratie voor vrouwen in heel Afrika, in de Afrikaanse diaspora en daarbuiten.
Na haar aftreden als president richt Ellen Johnson Sirleaf in 2018 het Ellen Johnson Sirleaf Presidential Centre for Women and Development op. Dit center beoogt een katalysator te zijn voor verandering in Afrika door het potentieel van de vrouwen van het continent te bevorderen. Vandaag is Ellen Johnson Sirleaf nog steeds actief op het internationale toneel en is zij betrokken bij verschillende initiatieven om leiderschap en emancipatie van vrouwen in Afrika te bevorderen.
Op 7 oktober 2011 mag Ellen Sirleaf Johnson - samen met de Liberiaanse Leymah Gbowee en Jemenitische Tawakkol Karman - de Nobelprijs voor de Vrede in ontvangst nemen voor hun geweldloze strijd voor de veiligheid van vrouwen en hun recht op volwaardige deelname aan vredesopbouw.
Ellen Johnson Sirleaf heeft daarnaast tal van andere prijzen en onderscheidingen ontvangen, waaronder de Vrijheidsprijs van de UN (2011), de Mo Ibrahim Foundation Vredesprijs (2017) en eredoctoraten van prestigieuze universiteiten zoals Harvard University (2011).