hier komen promoties & acties

28.02 | Vrouwelijke representatie in film

RoSa vzw scant dagelijks het Belgische en internationale nieuws op relevante berichtgeving rond gender en feminisme. In deze wekelijkse nieuwsbrief gaan we dieper in op één veelbesproken thema uit de actualiteit. Deze week zetten we de representatie van vrouwen in film, Hollywood en het awardseizoen van 2019 centraal.

Gepubliceerd op 28/02/2019

Het ‘awards season’, de jaarlijkse periode tussen november en februari waarin de belangrijkste filmprijzen uitgereikt worden, gaat gewoonlijk van start  met de Independent Gotham Awards in november en eindigt met de uitreiking van de Academy Awards (of Oscars) eind februari. The Golden Globes, de BAFTA’s en Independent Spirit Awards belonen de invloedrijkste cineasten, acteurs en componisten met een gouden beeldje of prestigieuze titel. Opvallend: er worden jaarlijks bedroevend weinig vrouwen en mensen van kleur genomineerd, laat staan beloond.

#OscarsSoWhite en #OscarsSoMale

In 2015 werd dat laatste pijnlijk duidelijk gemaakt met de hashtag #OscarsSoWhite. Toen dat jaar de Oscarnominaties bekend werden gemaakt, stelde blogger April Reign het gebrek aan diversiteit in Hollywood aan de kaak. “Het probleem is niet dat er niet genoeg kwaliteitsfilms gemaakt worden door zwarten,” zei Reign. “Onlangs onderzocht The Atlantic wie er nu eigenlijk achter die Oscarnominaties zit. Wat blijkt?  De jury is  94% wit, 76% mannelijk en de gemiddelde leeftijd is 63 jaar… Die mensen zijn wellicht niet zo geïnteresseerd in films als Selma.”

De reactie van The Academy bleef niet uit. Cheryl Boone Isaacs, directeur van de Academy of Motion Picture Arts and Sciences, publiceerde op Twitter een verklaring waarin ze beloofde dat de Academy in de toekomst rekening zou houden met de kritiek en de nodige verbeteringen zou doorvoeren. Maar ook dit jaar was er controverse. Er werd in 2019 namelijk geen enkele vrouw genomineerd in de categorieën Beste Regisseur, Beste Originele Scenario en Beste Bewerkte Scenario. Dat is niet nieuw in Hollywood. Sinds het ontstaan van de Oscars werd er bijvoorbeeld nog maar vijf keer een vrouw genomineerd als beste regisseur. Dat zijn vijf vrouwelijke nominaties op 90 Oscaruitreikingen. En enkel Kathryn Bigelow, regisseur van The Hurt Locker, slaagde erin om het beeldje daadwerkelijk mee naar huis te nemen. Toen Natalie Portman vorig jaar op de Golden Globes de nominaties aankondigde, zei ze net iets te snel “Here are all the male nominees…”. Maar toen werden er tenminste wel een aantal vrouwen genomineerd voor belangrijke prijzen. Greta Gerwig werd als vijfde vrouw ooit genomineerd als beste regisseur voor haar film Ladybird en Rachel Morrison voor Beste Cinematografie voor Mudbound.

Ook Melissa Silverstein, oprichter van Women and Hollywood, uitte op Twitter haar kritiek op de nominaties van dit jaar onder de hashtag #OscarsSoMale en deed een oproep: “Ik weet dat het voor sommigen moeilijk is om te geloven dat vrouwen Oscarwaardige films maken, maar het is zo. Laten we onze favoriete films van vrouwelijke regisseurs delen en zowel hun huidige als voorgaande werk in de bloemetjes zetten.” Ook Frans regisseur Eva Husson deelde haar ongenoegen online: “Er werden heel wat vrouwelijke regisseurs vergeten dit jaar, zoals Lynne Ramsay (You Were Never Really Here), Debra Granik (Leave No Trace), Karyn Kusama (Destroyer), Josie Rourke (Mary Queen of Scots),…” Andere vergeten films geregisseerd door vrouwen waren Tamara Jenkins’ Private LifeThe Tale van Jennifer Fox en The Miseducation of Cameron Post van Desiree Akhavan. Jane Campion pleitte eind vorig jaar nog voor een Oscarnominatie voor Debra Granik en haar film Leave No Trace. Granik groeide de laatste twintig jaar immers uit tot één van de belangrijkste stemmen in de Amerikaanse cinema, en haar film behoudt een 100% score op review website Rotten Tomatoes na 211 lovende recensies. Het vrouwelijk talent is er dus wel, maar wordt consequent over het hoofd gezien door de Academy.

Het Women’s Media Center onderzocht de diversiteit van de genomineerden dit jaar en stelde vast  dat 77% van de Oscarnominaties mannelijk zijn. Gelukkig ook een lichtpunt: er werden nog nooit zoveel mensen van kleur genomineerd als dit jaar. Vijf van de acht genomineerde beste films – Blackkklansman, Black Panther, Bohemian Rhapsody, Roma en Green Book hebben hoofdpersonages van kleur. The Favourite heeft dan weer een overwegend witte cast, maar er staan wel drie vrouwen centraal. Aangezien de jury van de Academy Awards alleen uit films kan kiezen die een release kenden in de bioscoop, maakt dit percentage ook nog maar eens duidelijk hoe weinig films van vrouwen er in de cinemazalen gereleaset worden. 

"Sinds het ontstaan van de Oscars werd er bijvoorbeeld nog maar vijf keer een vrouw genomineerd als beste regisseur. Dat zijn vijf vrouwelijke nominaties op 90 Oscaruitreikingen. En enkel Kathryn Bigelow, regisseur van The Hurt Locker, slaagde erin om het beeldje daadwerkelijk mee naar huis te nemen."

Vrouwen in de minderheid

Dat is geen verrassing voor het Women’s Media Center. Zij berekenden dat vrouwen maar 17% uitmaken van de zogenaamd ‘behind-the-scenes filmcrews’, 4% van de regisseurs en 3% van de scriptschrijvers en componisten. Wat die laatste betreft wonnen er maar drie vrouwen ooit de Oscar voor Beste Soundtrack in 91 jaar tijd. Het gaat dan om Marilyn Bergman met de muziek voor Yentl, Rachel Portman voor Emma en Anne Dudley voor The Full Monty. Waaraan is die muzikale kloof te wijten? Veerle Janssens, auteur van het boek Vrouw aan de Piano legt het uit in een artikel van Knack: “We kennen geen vrouwelijke componisten of ontdekken hen nu pas, omdat hen vroeger werd wijsgemaakt dat enkel mannen konden en mochten componeren.” Een jaarlijkse studie van The Center for the Study of Women in Television and Film becijferde dat 6% van de commerciële films van 2018 een soundtrack van een vrouw hadden. En dan spreken ze nog van een vooruitgang aangezien de cijfers van 2014 één procent lager lagen. “Dat we zo weinig vrouwelijke componisten kennen, is te wijten aan het feit dat componeren en soundtracks maken nog steeds beschouwd wordt als iets technisch en daarom voor mannen.” bevestigt Griet Van Reeth, docente geluid aan LUCA School of Arts. “Het is nog steeds een diepgeworteld idee dat een film maken en alles wat daarbij komt kijken iets voor mannen is”.

Bovendien is het logisch dat wanneer mannen alle beslissingen nemen, er meer verhalen over mannen gemaakt worden, legt Amy Andrion uit. Zij is regisseur van de documentaire Half the Picture, die het seksisme in Hollywood in kaart brengt. “Wanneer een vrouw aan het hoofd van een filmfestival staat, kan je ervan uitgaan dat circa 33% van de films geregisseerd is door een vrouw, terwijl dat bij een mannelijke directeur misschien maar 24% is.” Die schadelijke gender bias beperkt zich niet alleen tot de vrouwen voor en achter de schermen van een film, maar strekt zich ook uit tot in de filmjournalistiek. 'Women and Hollywood’, een Amerikaanse organisatie die opkomt voor genderdiversiteit en-inclusiviteit in Hollywood, maakte een overzicht van de statistieken van 2013 tot 2018 en constateerde dat 68% van de filmjournalisten mannen zijn en dat maar 23% van de filmreviews geschreven werd door vrouwen. Bij de review website Rotten Tomatoes ligt dat percentage nog lager: maar 20% van de online recensenten is vrouw.

Die percentages zijn wel degelijk belangrijk. Recensenten bepalen mee hoeveel ruchtbaarheid of succes een film krijgt en ze beïnvloeden het aantal bioscoopbezoekers voor een nieuwe prent. Aangezien filmcritici de neiging hebben om vaker te schrijven over regisseurs van hetzelfde geslacht, begint een stijging van de aandacht voor vrouwelijke regisseurs dus ook bij meer vrouwelijke recensenten. Dat het belangrijk is om meer vrouwelijke filmmeningen een platform te geven, bewijst de Rotten Tomatoes pagina van aankomend superheldenfilm Captain Marvel, waarin Brie Larson de titelrol vertolkt. De film is het doelwit van internet trolls (een persoon die op internet, fora of op sociale media pestberichten plaatst om emotionele reacties van anderen uit te lokken) die de film nog niet eens gezien hebben, maar de Rotten Tomatoes pagina nu al overladen met negatieve berichten. Hierdoor zakte de “Want to see”-score van de film van 90% naar 40% in een paar dagen tijd. Deze negatieve berichten kwamen er als reactie op een statement van Larson die aankondigde dat haar perstour voor de film inclusiever zal zijn dan ooit: “Een jaar geleden begon ik te letten op de journalisten die mij kwamen interviewen over mijn films en het viel me op dat het vooral witte mannen waren. Ik sprak met Dr. Stacy Smith van het USC Annenberg Inclusion Initiative die een onderzoek had gedaan dat mijn ondervindingen wetenschappelijk onderbouwde. Ik besloot daarop dat ik mijn persdagen inclusiever wilde maken. Zeg ik dat ik witte mannen haat? Nee, totaal niet. Maar als je een film maakt die een liefdesverklaring is aan zwarte vrouwen, dan is de kans tegenwoordig heel klein dat een zwarte vrouw de kans krijgt om je film te zien én te recenseren.”

Ook bij sleutelfuncties zoals die van regisseurs en producers is er sprake van een genderkloof. “Het nemen van beslissingen wordt vaker gedaan door mannen. De filmwereld is een zakenwereld, met veel deals die gesloten moeten worden en mensen die aangenomen en ontslaan moeten worden. Met zulke verantwoordelijkheden vertrouwt men vrouwen nog altijd minder,” aldus Julie Burton, directeur van het Women’s Media Center. Ook Boys Don’t Cry-regisseur Kimberly Peirce (al jaren actief lid van de Academy- en director’s guild) heeft een verklaring: “Wanneer een cultuur gedomineerd wordt door mannen, dan trekken die mannen vaak nog meer mannen aan. Daarom is het zo belangrijk om diversiteit in je ploeg te brengen. Zij bouwen ervaring op, werken aan hun eigen projecten en werven op hun beurt getalenteerde minderheden aan.” Die visibiliteit is inderdaad onderdeel van de oplossing. Meer zwarte vrouwen op het witte doek zorgen er bijvoorbeeld voor dat andere zwarte vrouwen gemotiveerd worden om ook een acteercarrière na te streven.

Initiatieven zoals Time’s Up moeten dit soort ongelijke behandeling de wereld uit helpen. Even leek het erop dat het tij was gekeerd, tot de bedroevende bekendmaking van de nominaties van dit jaar. Nithya Raman, directeur van Time’s Up, verliest de hoop niet: “Deze industrie evolueert heel traag, omdat het een conservatief milieu is dat een hekel heeft aan verandering.” En er zijn inderdaad wel enkele kleine verbeteringen. Hollywood barst van de nieuwe studio’s en agentschappen gerund door en voor vrouwen, en ook in de televisie-industrie doen vrouwen het beter dan ooit. Vrouwen regisseerden 25% van alle televisie-afleveringen gemaakt in het afgelopen jaar volgens de Directors Guild of America.

Vrouwelijke filmpioniers

De genderkloof in de filmwereld is opmerkelijk, aangezien de filmpioniers en filmjournalisten van de (vroege) cinema vaak vrouwen waren. Neem nu Alice Guy-Blanché, de eerste vrouwelijke filmmaker die werkte als secretaresse tot ze Sortie d’usine zag van de gebroeders Lumière en vervolgens haar eigen filmcarrière uit de grond stampte. De Franse cineaste maakte meer dan duizend films, waarvan er helaas maar 150 bewaard bleven. Bovendien werd ze vergeten bij het optekenen van de filmgeschiedenis. In ‘The Lost Garden: The Life and Cinema of Alice Guy Blanché’ wordt beschreven hoezeer Blanché zich hierover tijdens haar leven al zorgen maakte: “ze maande collega’s en filmgeschiedschrijvers aan om de roddels over haar persoonlijke leven te negeren en stelde lange lijstjes op van de films die ze gemaakt had om te verspreiden en er alsnog erkenning voor te krijgen.”

Andere vrouwelijke filmpioniers waren Mary Pickford (mede-oprichter van United Artists samen met Charlie Chaplin, Douglas Fairbanks en D.W. Griffith in 1919) en Maya Deren, experimenteel filmmaker in de jaren ’40 en ’50. Toen in de jaren ’20 duidelijk werd dat er in de filmwereld veel geld verdiend kon worden, werden vrouwen gemeden in het commerciële milieu. De belangrijkste carrières zoals films produceren, schrijven of filmen werden als ‘mannenjobs’ beschouwd, terwijl monteren en sets ontwerpen wel nog toegankelijk waren voor vrouwen. De enige uitzondering uit die periode was filmmaker Ida Lupino. Zij was één van de enige Amerikaanse vrouwelijke regisseurs uit die tijd alsook de eerste vrouw die een film noir regisseerde, The Hitch-Hiker in 1953. Maar ook haar carrière liep niet van een leien dakje. Lupino moest immers eerst een acteercarrière uitbouwen voor ze aan de slag kon als regisseur.

Ook de wereld van filmjournalisten was niet altijd een mannenbastion. Tussen de jaren ’20 en de Tweede Wereldoorlog werden vrouwen vooral weggehouden van topics als internationaal of politiek nieuws maar over film mochten ze wel schrijven. In die tijd werd films recenseren immers beschouwd als iets frivools, zeker in vergelijking met het recenseren van boeken of theaterstukken. Vrouwen als Dilys Powels en C.A. Lejeune verdienden al schrijvend hun brood bij kranten als The Sunday Times en The Observer. In de jaren ’60 waren Judith Crist bij The New York Herald-Tribune en Pauline Kael voor The New Yorker twee van de belangrijkste stemmen in de filmkritiek. Toen film echter uitgroeide tot een prestigieuzer medium, ging dat ten koste van veel vrouwelijke filmcritici. Andere (wetenschappelijke) verklaringen voor dit fenomeen zijn dat vrouwen minder geneigd zijn om hun opinies te uiten en dat mannen doorgaans meer ideeën pitchen op de redactie dan vrouwen.

Inspirerende speeches

Award speeches groeien de laatste jaren meer en meer uit tot een platform voor activisme. Vrouwelijke artiesten grijpen de kans om de spotlights te richten op de pijnpunten van het systeem. Dat maakt van hun toespraken vaak een mix van empowerment en ongemak, omdat de toespraakhouders duwen waar het pijn doet.

Dit jaar was het Glenn Close die de meest inspirerende speech gaf toen ze haar Golden Globe voor The Wife in ontvangst nam, een film over Joan Castleman, een auteur die haar dromen en ambities opoffert voor de literaire carrière van haar man: “Ik dacht tijdens het maken van deze film regelmatig aan mijn moeder, die haar leven lang in de schaduw van mijn vader stond en me op haar tachtigste vertelde ‘Ik heb het gevoel dat ik niets bereikt heb in mijn leven’. Vrouwen zijn ‘verzorgers’ – dat is de taak die de samenleving ons oplegt, maar we moeten ook persoonlijke voldoening nastreven en onze dromen najagen. We moeten kunnen zeggen ‘Ik kan dit. En ik mag dit.’” Actrice Regina King – die een Golden Globe naar huis nam voor haar bijrol in If Beale Street Could Talk, verzekerde in haar speech dat ze er in al haar toekomstige projecten voor zal zorgen dat haar team 50% vrouwelijk is. “Ik daag iedereen uit die in een machtspositie zit om zichzelf uit te dagen, in solidariteit met ons te staan en hetzelfde te doen.” 

Claire Foy, die op de Critic’s Choice Awards een prijs in de wacht sleepte voor haar rol als Janet Armstrong in de astronautenfilm First Man zei in haar bedankingspeech: “Ik moet toegeven dat ik moeite heb gehad om deze award te accepteren. Omdat ik meteen dacht dat ik niets te bieden heb. Viola Davis zei in haar bedankspeech dat dat het grootste geluk is dat je kan hebben in je leven, ’om te mogen zijn wie je bent.’ En ik besef dat alles dat ik te bieden heb, mezelf is.” Verder benadrukte ze dat ze een groot respect heeft voor Janet Armstrong (de vrouw van astronaut Neil Armstrong), die haar leven met zo’n moed en doorzettingsvermogen leefde maar altijd beschouwd werd als ‘de vrouw van’. Hiermee werd Foy ook geconfronteerd toen er door journalisten gepraat werd over haar rol als Janet Armstrong.

Maar ook de verschillende Oscarwinnaars richtten zich dit jaar in hun speeches tot vrouwen. Olivia Coleman (die de Oscar voor Beste Actrice voor haar rol in The Favourite in de wacht sleepte) verwees in haar dankwoord naar elk meisje die haar speech inoefent voor de televisie (“Je weet nooit wat er kan gebeuren!”) en het vrouwelijke team achter de geanimeerde kortfilm Bao, regisseur Domee Shi en producer Becky Neiman-Cobb, deden een oproep aan ‘alle nerdy meisjes die zich verstoppen achter hun schetsboek’: “Wees niet bang om je verhalen te vertellen aan de wereld!” Eveneens opmerkelijk was de Oscar voor beste korte documentaire die dit jaar naar Period. End of Sentence. ging. De kortfilm gaat over het menstruatietaboe in India, en hoe de vrouwen in de dorpen rond Delhi aan de slag gaan met een kostenbesparende maandverbandmachine om elke vrouw het comfort te bieden waarop ze recht heeft. De 25-jarige Iraans-Amerikaanse regisseur Rayka Zehtabchi nam haar prijs met veel emotie in ontvangst, terwijl ze “ik kan niet geloven dat een film over menstruatie net een Oscar heeft gewonnen!” in de microfoon riep. Vrouwen overheersten vooral de categorieën kortfilm en documentaires. Dat is niet zo bijzonder als je weet dat vrouwelijke regisseurs vaker kortfilms maken dan langspeelfilms (niet toevallig films met een lager symbolisch kapitaal dan langspeelfilms). Vrouwen beginnen hun carrière vaak met een afstudeerproject of kortfilm, wat ervoor zorgt dat 27% van alle kortfilms door vrouwen wordt gemaakt. Dat percentage daalt dramatisch bij langspeelfilms (waar het percentage tussen de 16% en de 30% ligt, afhankelijk van het budget).

Op de British Academy of Film and Television Arts (BAFTA) awards was het Letitia Wright die een beeldje mee naar huis mocht nemen voor haar inspirerende rol als de intelligente Shuri in Black Panther. Zij brak in haar speech een lans voor het verbreken van het taboe dat rust op mentale gezondheid: “Een paar jaar geleden bevond ik me in een diepe depressie en ik wilde zelfs stoppen met acteren. Herstellen is een proces, maar ik wil iedereen bedanken die mijn talent zag en me de nodige kansen gaf.”

Toenemende diversiteit

Ook al kon de vrouwelijke representatie op de Oscars van dit jaar een pak beter, toch was het een historisch jaar voor mensen van kleur. Voor het eerst werden twee Afro-Amerikaanse vrouwen geëerd met Oscars in hun productiecategorieën. Hannah Beachler won een prijs voor haar productiedesign bij Black Panther en Ruth E. Carter voor haar kostuums voor dezelfde film. Carter bedankte de Academy om de ‘Afrikaanse royalty en krachtige vrouwen uit Black Panther te eren’. Ze gebruikte 3D-printers om de kostuums die geïnspireerd waren op de cultuur van inheemse Afrikaanse volkeren eer aan te doen.

Mahershala Ali won een Oscar voor beste bijrol voor zijn rol in Green Book, en is nu de enige zwarte acteur met meer dan één Oscar, naast Denzel Washington. De Oscar voor beste acteur ging naar Rami Malek (met Egyptische roots) voor zijn rol als Freddie Mercury in Bohemian Rhapsody. “Nu hebben we een film gemaakt over een homoseksuele man, een immigrant die voluit zijn leven leidde, zonder excuses.” zei hij in zijn speech. Nog meer diversiteit was er dankzij de Oscar voor beste animatiefilm, die naar Spider-Man: into the spider-verse ging. Die film gaat over de eerste latino Spider-Man.

Kortom, de filmindustrie evolueert traag, maar de award-uitreikingen worden wel elk jaar net dat tikkeltje diverser. Hopelijk in de toekomst (ook) in het voordeel van nog meer vrouwelijk en divers filmtalent.


In de pers:

Meer weten?

Bron hoofdafbeelding en banner: Karen Zhao via Unsplash

Op de hoogte blijven van RoSa thema's en actua?

Ontvang onze tweewekelijkse Pers:pectief waarin we een actueel of onderbelicht thema bespreken vanuit een genderperspectief, of kies voor onze driemaandelijkse Uitgelezen met tal van boekrecensies, interviews, de nieuwste aanwinsten in onze almaar groeiende collectie en nog veel meer, telkens rond één specifiek thema.

Schrijf je in