RoSa vzw stuurt elke twee weken een unieke nieuwsbrief uit waarbij een specifiek gendergerelateerd thema wordt uitgelicht of de genderdimensie van een actueel thema wordt geanalyseerd. Deze week: sexting, victim blaming en slut shaming - terug van nooit weggeweest: de dubbele seksuele moraal.
Gepubliceerd op 01/10/2020
Bron foto: Alex Ware on Unsplash
Vorige maand werden drie bekende Vlamingen het slachtoffer van gelekte naaktfoto’s en pikante filmpjes. De beelden gingen al snel een eigen leven leiden en werden gretig gedeeld via sociale media. Wat volgde was voornamelijk een golf van empathie in de berichtgeving en op de opiniepagina’s. Hier en daar werd de vraag opgeworpen of het medeleven even groot zou zijn mochten de slachtoffers vrouwen geweest zijn. Zou er bij (het lekken van) naaktbeelden van vrouwen niet veel sneller sprake geweest zijn van victim blaming en slut shaming? In deze Pers:pectief zoomen we in op de dubbele standaard in de maatschappelijke omgang met gelekte beelden en slachtofferschap.
De BV’s kwamen stuk voor stuk zelf uit voor hun slachtofferschap. Zanger Stan Van Samang diende klacht in tegen onbekenden en stuurde zelfs deurwaarders naar internetbedrijven Google en Facebook. Radiomaker Peter Van de Veire richtte zich in een geëmotioneerd betoog tot zijn luisteraars en zorgde ervoor dat het fenomeen sexting later die dag besproken werd op diezelfde radiozender. Ook zanger en presentator Sean Dhondt wees in een interview op de gevaren van sexting en stelde dat hij “het echt niemand toe(wenst) om op deze manier publiekelijk vernederd te worden”.
Sexting - het maken, verzenden, ontvangen en/of delen van seksueel getinte berichten of beelden – wordt beschouwd als een moderne vorm van flirten, intimiteit en lichamelijke zelfexpressie – tenminste als het met wederzijdse toestemming gebeurt. Voor veel jongeren maakt het onderdeel uit van hun zoektocht naar hun seksuele identiteit, en dus van hun seksuele ontwikkeling, maar volgens Sensoa komt sexting vooral voor bij volwassenen. In het geval van de bekende Vlamingen werden de drie mannen in de val gelokt en opgelicht door dezelfde persoon of instantie, initieel via Instagram. Dat noemt men catfishing: het op basis van een valse identiteit bedriegen van mensen via het internet.
Gezien de vaak pikante inhoud en de aard van de communicatiekanalen is sexting zeer gevoelig voor (de schending van) iemands privacy. De verzender stelt zich bloot aan het risico op (online) misbruik: berichten of beelden die uitgewisseld worden tijdens de oorspronkelijke één-op-één communicatie (“primaire sexting”) kunnen namelijk makkelijk verspreid worden naar derden (“secundaire sexting”), vaak zonder medeweten van de originele verzender. De ontvanger begaat echter een misdrijf wanneer deze seksueel getint beeldmateriaal doorstuurt zonder toestemming van de verzender. Dat is sinds februari 2016 opgenomen in een specifiek artikel (art. 371/1 Sw) in de strafwetgeving, dat zowel voyeurisme als secundaire sexting zonder instemming strafbaar stelt.
De maatschappelijke veroordeling van het lekken en doorsturen van seksueel getint beeldmateriaal betekent een positief signaal voor andere slachtoffers. Sinds de mediaheisa steeg het aantal oproepen inzake sexting bij Tele-Onthaal. Seksuoloog Wim Slabbinck betreurt de persoonlijke schade die berokkend werd als gevolg van de grootschalige verspreiding van de beelden. Een statement als dat van Peter Van de Veire is dan ook heel belangrijk, stelt communicatiewetenschapper Gaëlle Ouvrein in De Morgen. De Vrouwenraad, die het filmpje “Sexting is ok” lanceerde, veroordeelt victim blaming en hoopt dat de hele heisa rond de BV’s ervoor kan zorgen dat sexting ethisch en moreel genormaliseerd en dus meer bespreekbaar wordt. Dat is belangrijk om ervoor te zorgen dat slachtoffers op begrip en op een vangnet kunnen rekenen. Dit blijkt duidelijk uit deze twee getuigenissen in De Standaard, en ook uit dit verhaal op De Wereld Morgen.
Naast de stemmen die blijk geven van empathie, zijn er echter enkelingen die met de vinger de andere kant op wijzen en de BV’s de schuld geven, en daarmee sexting als geheel in een slecht daglicht stellen. “Het is een oud zeer. Het slachtoffer wordt vaak geculpabiliseerd, wanneer we het fenomeen niet echt begrijpen”, stelt Matthias Dobbelaere-Welvaert in Knack. Uit een artikel in De Morgen blijkt bovendien dat uitgerekend jongeren de schuld eerder bij de BV’s leggen dan bij de catfishers en verspreiders van de beelden. Heidi De Pauw van Child Focus hoopt “dat dit dossier, waarin voor het eerste drie bekende mensen naar buiten komen met wat hen overkwam, dat denkpatroon kan doorbreken”. Daarvoor moet ook het taboe op seksualiteit in het algemeen verder doorbroken worden:
Ondanks enkele conservatieve stemmen, schijnen nuancering, steunbetuigingen en empathie voor het slachtofferschap van de BV’s te overheersen in de berichtgeving over en commentaren op de heisa. We kunnen ons afvragen of dat ook het geval zou geweest zijn als het om vrouwelijke BV’s had gegaan. Ex-Miss België Véronique De Kock reageerde alvast: “Zij zijn nu het slachtoffer, wij zouden sletten genoemd worden.” Experts, waaronder ook RoSa co-directeur Bieke Purnelle, bevestigen deze dubbele standaard qua seksualiteitsbeleving.
Maatschappijkritische stemmen claimen het recht van meisjes en vrouwen om net als mannen hun seksualiteit online te beleven zonder dat ze daarbij bang moeten zijn voor reputatieschade. “De dubbele seksuele moraal, waardoor vrouwen moeten oppassen dat ze binnen de nauwe lijntjes blijven van sexy maar niet seksueel, die moet op de schop”, zo betoogde Marianne Cense van het kenniscentrum Rutgers al in 2018. De dubbele seksuele standaard is een patroon van verwachtingen dat meisjes en vrouwen seksuele terughoudendheid voorschrijft, terwijl het jongens en mannen seksuele activiteit dicteert.
Seksuoloog Kaat Bollen stelt in De Morgen: “Als beelden van vrouwen lekken, dan krijgen ze altijd zelf de schuld.” Ze hoopt dat de maatschappelijke visie op mannelijk en vrouwelijk naakt snel vrij kan zijn van genderongelijkheid. Een andere seksuoloog, Rika Ponnet, vindt de maatschappij desalniettemin minder puriteins sinds #MeToo. Zij stelt dat er ondertussen sprake is van meer seksuele gelijkheid en dat vrouwen steeds vaker en steeds makkelijker voor hun seksuele genot opkomen.
Ponnet nuanceert echter zelf dit positieve beeld van de maatschappij: “[We kunnen] niet wegnemen dat een deel van de bevolking nog altijd door een conservatieve bril naar seks kijkt.”
Net zoals rond vele andere zaken die met seksualiteit te maken hebben, heerst er rond sexting wel degelijk een dubbele standaard. Als jongens of mannen het doen is het stoer en verhoogt het hun sociaal kapitaal: het aantal naaktbeelden dat jongens van meisjes ontvangen, werkt haast als een graadmeter voor hun populariteit. Bij meisjes of vrouwen hangt er eerder een waas van schaamte en schuld rond sexting, met het risico op reputatieschade en slut shaming. “Today, teens still inhabit a culture that says that boys will be boys, and girls will be sluts”, zo stelt Leora Tanenbaum, die al meer dan twee decennia onderzoek doet naar slut shaming bij jongeren. Eén op de vijf Vlaamse tienermeisjes krijgt te maken met slut shaming op sociale media. Een studie uit 2017 toont ook aan dat meisjes bij sexting meer vatbaar zijn voor dwang en bedreigingen.
De risico’s op persoonlijke schade hangen in grote mate samen met sociale en culturele normen rond gender en seksualiteit, eerder dan ontwikkelingen in digitale technologie. Het zijn vooral meisjes en vrouwen die het meeste risico lopen om schade te ervaren bij het delen van intieme beelden. Leora Tanenbaum zegt hierover: “The act of photographing oneself when you’re a boy is seen as within the bounds of acceptable male behavior. But while his photo may be forwarded to select girlfriends for a laugh, hers might go viral to teach her a lesson”. Vrouwen hebben dus vaker negatieve ervaringen met sexting dan mannen, zo blijkt ook uit het Nederlandse onderzoek Seks onder je 25ste.
Jongens slut shamen meisjes om hun mannelijkheid te bevestigen en de controle te houden; op die manier worden ongelijke machtsverhoudingen in stand gehouden. Die ongelijke gendernormen worden evengoed door meisjes en vrouwen geïnternaliseerd, waardoor ook meisjes elkaar vaker slut shamen. Een kwalitatieve pilootstudie uitgevoerd in twee scholen in Londen bevestigt de genderongelijkheid en genderspecifieke risico’s bij sexting:
Net als andere mediacontexten, zijn digitale communicatiekanalen en sociale netwerksites afhankelijk van heersende maatschappelijke normen en dus vatbaar voor seksisme en deze dubbele seksuele moraal. Wetenschappelijk onderzoek hiernaar is nog relatief beperkt, maar professor Jessica Ringrose en collega’s benoemen alvast de genderongelijkheid in motivatie, evaluatie en risico’s van sexting bij jongeren en formuleren een feministische kritiek op deze ongelijke machtsverhoudingen en het seksisme in mediacontexten.
Onderzoekers aan de Radboud Universiteit noemen de ongeautoriseerde verspreiding van seksueel beeldmateriaal, waarvan meisjes en vrouwen vaker slachtoffer zijn dan jongens en mannen, een vorm van seksueel grensoverschrijdend gedrag, gebaseerd op prevalerende normen en taboes rond gender en seksualiteit in de samenleving, en dus gebaseerd op de dubbele seksuele standaard. “De dubbele moraal maakt vooral het materiaal van meiden “interessant” om te verspreiden (want alleen materiaal van meiden wordt “sletterig” gevonden), en die verspreiding en de bijbehorende slut-shaming reproduceren vervolgens weer de dubbele moraal (want meiden die aan sexting doen worden hiervoor gestraft).”
De cirkel is rond dus, en dient nu nog doorbroken te worden.