hier komen promoties & acties

03.06 | Systematische verkrachting als oorlogswapen

RoSa vzw licht elke twee weken een specifiek gendergerelateerd thema uit of bespreekt de genderdimensie van een actueel thema. Deze week zoomen we in op systematische verkrachting als oorlogswapen, een onderwerp dat helaas actueel is tijdens de burgeroorlog die op dit moment woedt in Ethiopië. We zoomen in op verschillende plekken waar deze misdaad tegen de mensheid plaatsvond en hoe het kan dat deze praktijk blijft voortduren.

Gepubliceerd op 03/06/2021

Prikkeldraad Banner

Bron foto: Антон Дмитриев op Unsplash

De burgeroorlog die zes maanden geleden in Ethiopië is uitgebroken, vestigt opnieuw de aandacht op het gebruik van systematische verkrachting als oorlogswapen. Volgens ooggetuigen zouden duizenden vrouwen en meisjes, van 8 tot 72 jaar oud, in de regio Tigray verkracht zijn door soldaten uit Ethiopië en Eritrea. De verkrachtingen gebeuren in het openbaar, soms in het bijzijn van familie, waarbij de benen en handen van de vrouwen en meisjes worden doorgesneden, zo getuigt een non die in het oorlogsgebied werkt in de Britse krant The Guardian. Het is een zeldzame getuigenis: in Tigray is het internet uitgeschakeld en troepen pogen de bevolking te isoleren.  

In februari verklaarde de Ethiopische minister van Vrouwen, Kinderen en Jeugd, Filsan Abdullahi Ahmed, dat er in Tigray “zonder twijfel” vrouwen zijn verkracht en dat het bewijs “onomstotelijk” is. Hoewel de regering de misdaad erkent, zijn er op federaal niveau slechts drie soldaten veroordeeld en blijven er schokkende berichten over seksueel geweld uit de regio komen.  

Hadas Aschenaki, een openbaar aanklager in Mekelle, eist gerechtigheid voor de verkrachte meisjes en vrouwen. “De verkrachtingen zijn een bewuste tactiek, bedoeld om de geest van Tigrese vrouwen te verwoesten”, zegt ze tegen De Morgen. Het hoofd van de vrouwenrechtencommissie van het Europees Parlement, Evelyn Regner, roept daarom in The Guardian op om de daders ter verantwoording te roepen. Regner stelt dat er nog steeds geen lering is getrokken uit de genocide in Rwanda en de oorlogsmisdaden in Bosnië en Herzegovina, waar seksuele geweld eveneens als oorlogswapen werd gehanteerd.

Wijdverbreid probleem met intergenerationele gevolgen  

Zoals Evelyn Regner al aangeeft, is de situatie in Ethiopië niet uniek. In de Tweede Wereldoorlog werd deze misdaad al gedocumenteerd. In Japan werden de zogenoemde troostmeisjes gedwongen tot prostitutie ten behoeve van Japanse soldaten en na afloop van de Slag om Berlijn zijn 2 miljoen Duitse vrouwen verkracht, voornamelijk door de troepen van het Rode Leger. Seksueel misbruik in oorlogen en gewapende conflicten is een fysieke aanslag die ernstig lichamelijk letsel nalaat, ziektes kan overdragen en kan leiden tot ongewenste zwangerschap en onvruchtbaarheid. Daarnaast is het een psychologisch wapen, dat de vijand vernedert en angst aanjaagt, en slachtoffers achterlaat met depressies, posttraumatische stress en schaamte.  

Hoe desastreus de gevolgen decennia later nog zijn, toont de nasleep van de oorlog tussen de orthodoxe Serven, katholieke Kroaten en islamitische Bosniakken in de jaren 1990 in Bosnië. In 75 kampen werden toen tussen de 20.000 en 50.000 vrouwen door Servische militairen en paramilitairen systematisch verkracht. Ook werd seksueel geweld ingezet als middel om gedwongen verplaatsing van burgers te bewerkstelligen. Vrouwen die de oorlog overleefden, zijn nu vaak weduwe en leven in grote armoede. In sommige gevallen kregen zij een kind van hun verkrachter; met name moslimvrouwen werden opgesloten in verkrachtingskampen en gedwongen zwangerschappen uit te dragen. Zowel de kinderen als de moeders werden daarna vaak door hun eigen gemeenschap verstoten.  

Dat er kinderen worden geboren uit systematisch seksueel geweld, wordt nauwelijks besproken, schrijft de Nederlandse krant NRC. Het is bijvoorbeeld niet bekend hoeveel oorlogskinderen, soms ook ‘rape baby’ genoemd, er in Bosnië en Herzegovina geboren zijn: schattingen lopen uiteen van enkele honderden tot duizenden. Psychiater Amra Delic doet empirisch onderzoek naar de langetermijneffecten van seksueel oorlogsgeweld in het gebied en denkt dat de meeste kinderen zijn afgestaan.

Het Joegoslaviëtribunaal oordeelde dat systematische verkrachting en seksuele slavernij onderdeel waren van de Servische misdaad tegen de menselijkheid.  

Seksueel oorlogsgeweld blijft bestaan  

Sinds de etnische zuiveringen in  voormalig Joegoslavië, is het probleem van systematische verkrachting als oorlogswapen toegenomen. Dat geldt in het bijzonder in een aantal Afrikaanse landen, waar verkrachting en verminking de laatste jaren op grote schaal voorkomen in gewapende conflicten. Zo vindt er aan het begin van deze eeuw systematische verkrachting plaats tijdens de burgeroorlog in de Democratische Republiek Congo, waarbij gewapende mannen in groepsverband vrouwen aanvallen in hun eigen huis of terwijl ze het land bewerken. Artsen zonder Grenzen stelt dat dit geweld geen neveneffect is van de oorlog, maar zo systematisch gebeurt dat het onderdeel is van de strategie van strijders van alle groepen: de Congolese RCD en Mai-Mai, Rwandese soldaten en Rwandese Hutu's, en Burundese rebellen.    

Ook in het door oorlog geteisterde Zuid-Soedan is er volgens Amnesty International sinds december 2013 sprake van een "epidemie van seksueel geweld". Het verkrachten van vrouwen, meisjes en ook mannen is er onderdeel geworden van oorlogvoering. 72 procent van alle vrouwen en jonge meisjes zouden tussen 2014 en 2017 zijn verkracht door het regeringsleger en oppositiegroepen. Dat zijn drie miljoen slachtoffers.

Ook buiten Afrikaanse landen blijft systematische verkrachting in oorlogsgebied voorkomen. In 2017 berichtte mensenrechtenorganisatie Human Rights Watch dat het leger van Myanmar zich tijdens operaties in de staat Rakhine schuldig maakte aan verkrachting en ander seksueel geweld tegen vrouwen en meisjes van de Rohingya-minderheid. En in februari dit jaar getuigden Oeigoerse vrouwen tegenover de BBC over systematisch seksueel geweld in Chinese "heropvoedingskampen". Het ging om vrouwen die China ontvlucht zijn uit zogenaamde "heropvoedingskampen", waar tot een miljoen Oeigoeren, een moslimminderheid uit het westen van China, zouden vastzitten en gedwongen worden hun "extremistische gedachtegoed" af te zweren, zo schrijft VRT NWS. Ook in onder meer Irak, Syrië en Afghanistan is in de laatste jaren melding gemaakt van systematische verkrachting als oorlogswapen.  

Weinig aandacht voor misdaden tegen vrouwen  

Verkrachting als oorlogswapen blijft dus een groot probleem, ondanks het feit dat het Verdrag van Genève seksueel geweld tegen de burgerbevolking sinds 1864 erkent als een oorlogsmisdaad. Wanneer het onderdeel is van een uitgebreid en systematische praktijk, is seksueel geweld eveneens erkend als misdaad tegen de menselijkheid, strafbaar voor het Internationaal Strafhof. Dat is het geval sinds het Statuut van Rome in 1998. In 2009 vond er voor het eerst een veroordeling plaats op deze gronden, voor seksuele slavernij en gedwongen huwelijken in Sierra Leone, en in 2016 veroordeelde het Internationaal Strafhof (ICC) in Den Haag de voormalige Congolese vice-president Jean-Pierre Bemba wegens wreedheden begaan in de Centraal-Afrikaanse Republiek, waaronder systematische verkrachting met het doel om burgers in de Centraal-Afrikaanse Republiek te terroriseren.  

Het aantal veroordelingen is vooralsnog beperkt en de misdaad blijft plaatsvinden. Journaliste Christina Lamb zoekt in haar in maart verschenen boek ‘Ons lichaam, jullie slagveld’ uit hoe dat kan. Een van de verklaringen voor het voortbestaan van de praktijk is volgens Lamb dat verkrachting, in tegenstelling tot kogels en geweren, geen geld kost en enorme angst aanjaagt, wat een efficiënte tactiek is voor wie een gebied van de vijand wil ‘zuiveren’. “Door de vrouwen te verkrachten, wordt een heldere boodschap naar de mannen gestuurd: 'Jullie slagen er niet eens in jullie vrouwen te beschermen.’ Zo voelt de tegenpartij zich impotent,” zegt Lamb.  

Verkrachting van mannen komt ook voor; zo werden Libische mannen sinds 2011 systematisch verkracht als oorlogsdaad. In het overgrote deel van de gevallen zijn vrouwen echter het slachtoffer en dat is volgens Christina Lamb een tweede reden waarom de misdaad gepleegd blijft worden. Lamb stelt dat er in vredesverdragen zo goed als nooit aandacht is voor verkrachte en misbruikte vrouwelijke oorlogsslachtoffers, omdat oorlogen altijd mannenzaken zijn, net als de onderhandelingen om ze te stoppen. Daders gaan daarom vaak vrijuit.

Onder meer de organisaties MADRE, Amnesty International, Dr Denis Mukwege Foundation en de VN zetten zich in om systematische verkrachting als oorlogswapen tegen te gaan.


Meer weten?

In de pers:

Aanraders uit de RoSa-bibliotheek:

#Pers:pectief #Verkrachting #Oorlog #Vrouwenlichamen #SeksueelGeweld #RoSaschrijft

Op de hoogte blijven van RoSa thema's en actua?

Ontvang onze tweewekelijkse Pers:pectief waarin we een actueel of onderbelicht thema bespreken vanuit een genderperspectief, of kies voor onze driemaandelijkse Uitgelezen met tal van boekrecensies, interviews, de nieuwste aanwinsten in onze almaar groeiende collectie en nog veel meer, telkens rond één specifiek thema.

Schrijf je in