hier komen promoties & acties

08.09 | Genderbewustzijn in het onderwijs

RoSa vzw licht elke twee weken een specifiek gendergerelateerd thema uit of bespreekt de genderdimensie van een actueel thema. In deze Pers:pectief staat genderbewustzijn in dagelijkse onderwijspraktijken centraal.

Gepubliceerd op 08/09/2022

Op 25 augustus opende RoSa vzw haar deuren voor een inspiratiedag rond genderbewustzijn in het onderwijs. Het event kaderde binnen Fair Play at Schools, een driejarig Erasmus+ project met drie Europese partners: KUN Centre for Equality and Diversity (Noorwegen), Estonian Women's Associations Roundtable (Estland) en Gender Information Centre NORA (Tsjechië).

Het project heeft als doel genderbewustzijn in het onderwijs te versterken om gelijke kansen te bevorderen en ongelijkheid tegen te gaan. Dat willen de organisaties bereiken door onder andere de leer- en leefomgevingen in scholen inclusiever te maken en leerkrachten niet alleen inzicht maar ook hands-on tips, tricks en methodieken aan te bieden om genderbewust aan de slag te gaan. Zo zijn alle kinderen vrij om nieuwe talenten te ontdekken en nieuwe vaardigheden te ontwikkelen in een veilige en aanmoedigende omgeving, zonder de druk van beperkende genderstereotypen. 

De dag bood een ideale gelegenheid om te netwerken en good practices uit te wisselen met uiteenlopende en internationale spelers in het onderwijs. In deze Pers:pectief maken we een overzicht van enkele belangrijke ervaringen en bevindingen die doorheen de presentaties aan bod kwamen.

Normen op school in vraag stellen met Gender Information Centre NORA

Gender Nora gaf het startschot met een presentatie over norm criticism: een manier van denken waarbij normen in vraag gesteld worden.

Normen zijn sociale regels die overal te vinden zijn, maar waar we zijn ons niet altijd van bewust zijn. Normen over beleefdheid bijvoorbeeld sturen hoe we ons gedragen in het openbaar. Die normen zorgen ervoor dat mensen samen kunnen komen op een respectvolle manier, zonder in elkaars weg te zitten. Normen zijn dus niet altijd of inherent slecht of problematisch. 

Norm criticism wil dus geen einde maken aan normen, maar stelt ze in vraag wanneer die normen niet voor iedereen dezelfde zijn... en dus ongelijkheid creëert. 

Normen worden pas problematisch wanneer ze een onderscheid maken tussen mensen. Bijvoorbeeld tussen mannen en vrouwen, mensen die wel en geen handicap hebben, mensen die hetero zijn en mensen die queer zijn,… Dan creëeren normen net ongelijkheid. 

Om genderbewustzijn toe te kunnen passen in klasinteracties, is het dus belangrijk om normen in vraag te stellen. Dat is niet altijd eenvoudig: ze zijn zodanig ingebed in onze samenleving dat je ze pas detecteert wanneer je er zelf tegenaan botst. Heteronormativiteit bijvoorbeeld, waarbij heteroseksualiteit als “normaal” en de standaard wordt gezien. Wie zelf heteroseksueel is zal zelden zelf ondervinden dat veel van de boodschappen die we dagelijks krijgen, heteronormatief zijn. Voornamelijk de mensen die van deze normen “afwijken” zullen ze ondervinden. Een voorbeeld van zo een boodschap is deze: je ontmoet een man en vraagt hem of hij een vriendin heeft. Je gaat er dus vanuit dat die een vrouwelijke partner zal hebben, omdat dat als de standaard wordt gezien. De verantwoordelijkheid om die norm te breken wordt dan bij die persoon gelegd. Door te spreken over “partner” in plaats van “vriendin” wordt er in de conversatie ruimte gecreëerd die niet door normen is gereguleerd. 

Boodschappen die gebaseerd zijn op normen zitten ook in ons onderwijs ingebed. Er wordt bijvoorbeeld vaak eerst naar de moeder gebeld - als die er is - wanneer een kind ziek wordt op school. Die actie vloeit voort uit de gendernorm dat moeders de meeste zorgtaken op zich nemen en dus meer tijd hebben (of zullen maken) voor dergelijke voorvallen. Een ander voorbeeld is dat jongens vaker aangesproken worden op storend gedrag dan meisjes, ook wanneer ze hetzelfde gedrag even vaak stellen.  

Normen worden dus mee in stand gehouden door acties en woorden. Volgens Gender Nora is bewustzijn de eerste stap naar het ontkrachten van die normen. Door je eigen acties en woorden daarna ook aan te passen, kunnen normen doorbroken worden. 

Drie tips van Gender Nora om aan de slag te gaan met norm criticism:

  1. Draai de rollen om: stel jezelf de vraag of, en hoe de situatie zou uitgedraaid zijn als de jongen in kwestie een meisje was, bijvoorbeeld. Zo maak je de norm zichtbaar voor jezelf. Deze tip doet denken aan de tip van critical race theoretica Mari Matsuda in verband met intersectionaliteit: “ask the other question”. Wanneer je seksisme opmerkt, kijk dan of er een geracialiseerde dimensie is. Wanneer je klassediscriminatie opmerkt, onderzoek dan of er een genderdimensie is. Enzovoort.
  2. Vraag jezelf af of (een aspect van) iemands identiteit relevant is in een bepaalde situatie. Wanneer vrouwelijke politici gevraagd worden hoe zij hun werk combineren met hun gezin maar diezelfde vraag niet wordt gesteld aan mannelijke politici met kinderen, is er duidelijk sprake van een gender bias. Spreek mensen aan op hun expertise, niet op hun identiteit, tenzij zij zelf aangeven dat die relevant is voor hun werk. 
  3. Wees je bewust van de taal die je gebruikt. Ga op zoek naar (gender)inclusieve alternatieven voor woorden die je vaak gebruikt in je dagelijkse communicatie.

De eye-openers van KUN Centre for Equality and Diversity

In Noorwegen worden leerkrachten door de overheid aangespoord om hun leerlingen op een gelijke én gelijkwaardige manier te ondersteunen. Een van de manieren waarop de Noorse overheid dat wil bereiken, is door leerkrachten aan te moedigen om op een kritische manier te kijken naar hun eigen persoonlijke overtuigingen en visies. 

KUN onderzocht of het er in realiteit ook zo aan toegaat in kleuterklassen. Dat doen ze al sinds de start van het millennium door de interacties tussen kleuters en hun leerkrachten te filmen en analyseren. KUN’s bevindingen bevestigen dat Noorse leerkrachten onbewust gendernormen toepassen in hun dagelijkse onderwijspraktijken:

  • Jongens werden vaker aangesproken met hun voornaam dan meisjes.
  • Leerkrachten spraken vaker met jongens dan met meisjes. Hun conversaties duurden langer, waren directer, en jongens kregen ook meer vervolgvragen. 
  • Leerkrachten maakten meer oogcontact met de jongens in hun klas. 
  • Jongens kregen meer aandacht in gemengde groepen.
  • Jongens werden meer geholpen dan meisjes, terwijl zelfstandigheid meer werd aangemoedigd bij meisjes.
  • Meisjes kregen meer complimenten dan jongens, vooral wanneer ze anderen hielpen. 
  • Leerkrachten maakten vaker grapjes met vaders dan met moeders.
  • Leerkrachten spraken meer over de kinderen met moeders dan met vaders. 

In een Belgisch onderzoek werden gelijkaardige tendensen vastgesteld. Bijvoorbeeld dat meisjes vaker complimenten kregen en meer werden aangemoedigd om zelfstandig te zijn. Els Consuegra, verantwoordelijke voor dit onderzoek, stelde bijvoorbeeld vast dat leerkrachten meisjes positieve feedback gaven, wat hen inspireerde om hun positie te versterken. Ze kwamen meer aan het woord en kregen dus nóg meer complimenten. Die bevestiging zorgde ervoor dat ze tegen het einde van het schooljaar niet meer wachtten op hun beurt om te spreken, wat de leerkrachten toelieten en zelfs positief bevestigden. Wanneer jongens hetzelfde gedrag vertoonden, werd dat als storend ervaren door leerkrachten en spraken ze hen hierop aan. Nog een opvallend resultaat van dit onderzoek: hoe meer negatieve feedback leerlingen - jongens én meisjes - kregen, hoe meer ze de lessen verstoorden. Volgens Consuegra kan dit de leerkansen van jongens verkleinen, gezien zij vaker berispt worden, en vergroot dit het risico dat ze hun jaar over moeten doen of zelfs zonder diploma afhaken. Genderstereotypen- en normen kunnen dus grote gevolgen hebben voor leerlingen. 

De bevindingen van beide onderzoeken bevestigen dat gendernormen zijn ingebed in dagelijkse onderwijspraktijken: van in de klas met leerlingen, tot buiten de klas in gesprekken met ouders. Niet alleen dat: het toont ook aan dat de acties van leerkrachten gendernormen mee in stand houden. De norm criticism waar Gender Nora het in hun presentatie over had, blijkt dus broodnodig te zijn. 

Rolpatronen doorbreken met EWAR, the Estonian Women’s Associations Roundtable Foundation

Ook in Estland worden leerkrachten door de overheid aangemoedigd om mee te werken aan gendergelijkheid. De curricula en studiematerialen waar leerkrachten mee werken moeten gelijkheid tussen mannen en vrouwen bevorderen. Hoewel de aanmoediging er is, ontbreekt een nationaal onderwijsplan waarin concrete doelen op vlak van gendergelijkheid geformuleerd worden. 

Naast gendergelijkheid onder de leerlingen, sprak EWAR ook over gendergelijkheid onder leerkrachten. Met een video die de absurditeit van gendernormen in jobkeuzes wil aantonen, haalde EWAR aan dat mannen niet of amper worden aangemoedigd om als leerkracht aan de slag te gaan. In kleuter- en lager onderwijs zien we meer vrouwen dan mannen voor de klas. De overrepresentatie van vrouwen en afwezigheid van mannen in deze en andere zorgende beroepen, bevestigt de bestaande rolpatronen en gendernormen. 

De afwezigheid van mannen in het kleuter- en lageronderwijs is ook geworteld in de manier waarop er naar het beroep zélf wordt gekeken. De status, het imago en de framing van het maatschappelijk belang van de job spelen ook een rol. Uit meerdere onderzoeken blijkt bijvoorbeeld dat de status én verloning van een beroep dalen wanneer er meer vrouwen dan mannen actief in zijn. Oorzaken die hiervoor aangehaald worden variëren. Een veelvoorkomende theorie is dat de onderwaardering van vrouwen en alles wat als “vrouwelijk” wordt bestempeld aan de basis van deze devaluatie ligt in westerse landen. Gendernormen schrijven bijvoorbeeld voor dat zorg- en reproductieve taken onbetaald worden uitgevoerd door vrouwen in de privésfeer. Daardoor zouden ze minder waard zijn in de publieke sfeer. Beroepen die van oorsprong “vrouwelijk” waren, winnen net aan prestige en worden hoger verloond wanneer mannen er ook actief in zijn, zoals programmeren. Deze ongelijke waardering van beroepen op basis van gender heeft grote gevolgen en houdt onder andere de loonkloof mee in stand. 

Hoe dan ook is de afwezigheid van mannelijke voorbeelden in het kleuter- en lageronderwijs zorgwekkend. Niet omdat het een negatieve invloed heeft op de prestaties van leerlingen - want dat is nooit bewezen -, wel omdat het duidelijk maakt dat genderongelijkheid zich in alle hoeken van de samenleving voortzet. Wanneer meer mannen voor de klas staan, kunnen stereotiepe en traditionele opvattingen over mannen en mannelijkheid doorbroken worden, en dat over verschillende generaties heen. 

Praktische toolkits boordevol tips en tricks van RoSa vzw

Tot slot had RoSa vzw het genoegen om deze boeiende dag af te sluiten met een presentatie over haar twee praktische toolkits rond genderbewust lesgeven in het kleuter- en in het lager onderwijs. Deze toolkits, gepubliceerd in respectievelijk 2019 en 2021, hebben als doel educatieve professionals ondersteunen in hun dagelijkse lespraktijk met concrete tips en tricks. Beide toolkits openen met een korte uitleg over wat gender wel en niet is, en waarom genderbewust lesgeven belangrijk is voor de ontwikkeling van kinderen, alsook voor gelijke kansen in de bredere samenleving. Afgezien van dit kleine stukje theorie, bestaat de toolkit voornamelijk uit praktische tips die leerkrachten en ander onderwijspersoneel inspireren om stereotypen in vraag te stellen en genderbewust aan de slag te gaan. Sommige tips focussen op het klasniveau en de interactie tussen de leerkracht en leerlingen, andere tips geven dan weer advies op een beleidsmatig niveau, bijvoorbeeld over het opstellen van een visietekst rond inclusie en gelijke kansen. Een greep uit het aanbod:

  • Tip rond interactie: geef gelijke feedback.

Onderzoek wijst uit dat we jongens en meisjes over het algemeen anders behandelen en hen voor hetzelfde soort gedrag op een andere manier feedback geven. Zo zullen we jongens sneller berispen wanneer ze praten in de klas en geven we meisjes minder kansen om uitgebreid aan het woord te komen. Ga voor jezelf na of je alle kinderen om dezelfde redenen en omwille van hetzelfde gedrag dezelfde complimenten of dezelfde berispingen geeft. Doe je dit op dezelfde toon? Met dezelfde woorden? In dezelfde context?

  • Tip rond educatieve materialen: voorzie zoveel mogelijk variatie.

Voorzie een goede mix en een breed aanbod van materialen: of het nu om boeken, films of speelgoed gaat. Stereotypen moeten niet zomaar overboord gegooid worden. Heb je veel stereotyperende sprookjes in de boekenkast? Snuister dan zeker eens in de suggestielijst met inclusieve kinderboeken achter in onze toolkits (zie onder). Zijn Sneeuwwitje en Assepoester ook populair onder de films? Waarom stel je niet je leerlingen voor aan roldoorbrekende heldinnen als Brave of Vaiana? Ook stereotiep speelgoed moet niet zomaar in de vuilnisbak. Belangrijk is wel om leerlingen voldoende aan te moedigen al het materiaal, ongeacht stereotypen, een kans te geven. 

  • Tip rond ruimtelijke ordening, in de klas en op de speelplaats: vermijd genderstereotiepe verdelingen en moedig samenspel aan.

Moedig samenspel aan door genderstereotiepe hoeken en activiteiten te vermengen. In plaats van een poppenhoek en een bouwhoek in de klas, kan er een huishoek zijn. Dan kan er met de poppen gespeeld worden en gekookt worden in de keuken, maar ook gebouwd worden aan het huis en gesleuteld aan de auto in de garage. Analyseer ook de ruimtelijke ordening van de speelplaats en kijk of de ruimte goed verdeeld is. Neemt het voetbalveld het merendeel van de speelplaats in? Bekijk of je verschillende sporten en activiteiten kan aanmoedigen op verschillende dagen. Maandag kan dan voetbaldag zijn, maar misschien wordt dinsdag wel diabolodag of hink-stap-sprong-dag. 

  • Tip voor een inclusief schoolbeleid: stel proactief een visietekst op en ga in dialoog met personeel én met ouders.

Schrijf een visietekst uit waarin duidelijk wordt waarom en hoe jullie school genderbewust wil omgaan met leerlingen. Deze tekst kan dan als houvast dienen voor het personeel maar ook ouders een beter idee geven van het inclusieve schoolbeleid. Stel jullie visie op tijdens infoavonden of opendeurdagen. Ga in dialoog en verfijn jullie visie telkens waar nodig.

Wil je meer weten over genderbewust lesgeven of ben je benieuwd naar welke tips er nog meer in de toolkits te vinden zijn?

Zowel de toolkit rond gender in de kleuterklas als de toolkit rond gender in het lager onderwijs en buitenschoolse kinderopvang zijn digitaal gratis beschikbaar. Ontvang je graag een papieren versie? Vraag deze dan gratis aan via mail naar info@rosavzw.be.

Momenteel start onze nieuwe collega Zoë Velghe met het vooronderzoek voor een nieuwe toolkit rond gender in het secundair onderwijs. Deze wordt verwacht in het najaar van 2023 en zal gepaard gaan met een educatief lessenpakket om leerkrachten optimaal te ondersteunen en hen aan te moedigen het thema gender ook met hun leerlingen te bespreken. Wil je als eerste op de hoogte gebracht worden van de nieuwe toolkit en het lessenpakket? Wil je op hoogte blijven van alle educatieve tools die RoSa vzw ontwikkelt? Schrijf je dan in voor de nieuwsbrief ‘Educatieve tools’ en ontvang telkens een melding wanneer we een nieuwe tool publiceren (max. drie mails per jaar).

Bron hoofdafbeelding: Kimberly Farmer via Unsplash
Bron banner: Digital via Unsplash

#Pers:pectief #Nieuwsbrief #RoSaschrijft #Gender #Onderwijs #GelijkeKansen #Toolkits #Inspiratiedag

Op de hoogte blijven van RoSa thema's en actua?

Ontvang onze tweewekelijkse Pers:pectief waarin we een actueel of onderbelicht thema bespreken vanuit een genderperspectief, of kies voor onze driemaandelijkse Uitgelezen met tal van boekrecensies, interviews, de nieuwste aanwinsten in onze almaar groeiende collectie en nog veel meer, telkens rond één specifiek thema.

Schrijf je in