Onze Uitgelezen, de driemaandelijkse nieuwsbrief van de RoSa-bibliotheek, zet steeds een brede waaier aan boeken in onze collectie in de kijker rond een specifiek thema. Voor deze lente-editie kozen we voor het thema filosofie, dat we vanuit een feministisch perspectief zullen benaderen.
Gepubliceerd op 30/03/2023
Filosofie en feminisme, wat hebben ze met elkaar gemeen? Feminisme, althans naar onze definitie, is de verzameling maatschappelijke en politieke stromingen die ongelijke genderverhoudingen kritisch analyseren en gendergelijkheid nastreven. Dat feminisme de samenleving kritisch analyseert, deelt het alvast met de filosofie. Hoewel je ook filosofie op verschillende manieren kan definiëren, lijkt de essentie telkens neer te komen op dat kritisch analyseren, op het verder kijken dan de oppervlakkige aard van de zaken, en op het willen begrijpen hoe de mens en de wereld in elkaar zitten. Toch kan een blik op de universitaire curricula doen uitschijnen dat filosofie en feminisme weinig met elkaar te maken hebben. Hoewel sommige universiteiten tegenwoordig aparte keuzevakken ‘feministische filosofie’ aanbieden, is filosofie misschien wel de academische discipline bij uitstek waar er sprake is van een uitgesproken genderongelijkheid: onder het onderwijzend personeel (zoals in nog wel meer opleidingen) maar vooral ook in de curricula. Wie de boeken ingaat als invloedrijke filosoof en wie deel mag uitmaken van de gangbare filosofische canon blijkt gegenderd.
Als academische discipline heeft de filosofie ongetwijfeld nog een feministische evolutie door te maken. Kijken we naar de filosofische canon zoals die vandaag wordt gedoceerd aan de Vlaamse universiteiten, dan passeren voornamelijk witte, Europese mannen de revue. Namen als Socrates, Plato, Aristoteles, Descartes, Spinoza, Kant, Nietzsche, ... schieten al snel te binnen wanneer we het hebben over ‘de’ filosofie. Die mannelijke invulling van de filosofische canon vertaalt zich dan ook in de universitaire curricula die - afgezien van een paar (evenzeer witte en vaak Europese) vrouwelijke denkers zoals Simone de Beauvoir, Hannah Arendt en Martha Nussbaum - voornamelijk uit teksten van witte mannen bestaan. Hoe komt dat? En is dat een probleem?
Filosoof en filosofiehistoricus Carlo Ierna, verbonden aan de Vrije Universiteit Amsterdam en de Radboud Universiteit, vond van wel en ontving in 2020 een beurs om de internationale filosofische canon grondig door te lichten en te herdenken. Vorig jaar liep zijn tweejarig project af, maar een gemoderniseerd en gediversifieerd overzicht van ‘de’ grote filosofen kwam er niet. In plaats daarvan kwam hij met een conclusie: een canon is simpelweg onhoudbaar.
Ondanks zijn initiële intentie om andere stemmen te integreren in de hoofdstroom witte, westerse en mannelijke denkers, komt hij na twee jaar tot de conclusie dat iedere selectie een arbitraire keuze is, en meer kwaad doet dan goed. Het verheffen van enkelen tot ‘de’ grote stemmen in de filosofie gaat altijd gepaard met het marginaliseren van de veelheid aan stemmen die een ander verhaal vertellen. In plaats van een canon als pedagogische houvast voor filosofische vakken, stelt Ierna voor te vertrekken vanuit actuele vragen en hedendaagse debatten, en daarbij terug te grijpen naar historische thema’s en denkers. “Dat opent ruimte voor andere stemmen, van vrouwelijke, niet-Europese en andere veronachtzaamde denkers,” aldus Ierna in NRC (15/09/2022).
Bovendien stelt Ierna vast dat een bredere waaier aan stemmen niet alleen leidt tot meer interesse, maar ook tot meer herkenning onder zijn studenten. Het werkt inspirerend, aldus Ierna, en geeft alle studenten het gevoel dat er een plaats voor hen is in de filosofie.
Tijdens zijn zoektocht naar meer diversiteit stootte hij echter op heel wat weerstand. Enerzijds zijn er collega’s die er oprecht van zijn overtuigd dat “wat we de canon noemen, het beste van het beste is, de eredivisie van het denken, waar vrouwen in zijn doorgedrongen. Niet goed genoeg. Net zomin als oosterse filosofen en Afrikanen de toets der kritiek hebben doorstaan. Die doen aan religie of spiritualiteit, maar wat ze produceren mag de naam filosofie niet hebben.” Anderzijds zijn er collega’s die de noodzaak en het doel van een grondige herziening van de canon begrijpen en zelfs steunen, maar die simpelweg niet zien hoe zij daar als individuele professoren en docenten aan kunnen beginnen omdat er geen handboeken voorhanden zijn. Zeker filosofieleerkrachten in het secundair onderwijs geven aan simpelweg niet over de tijd te beschikken om zelfstandig nieuwe lesmaterialen samen te stellen.
Hoe zit het precies met die handboeken? Is daar de laatste jaren een evolutie in op te merken? Twee onderzoekers die meewerkten het Reverse Engineering the Canon project van Ierna, de Duitse Jill Delling en de Italiaanse Celine Fassone, bogen zich over deze vragen. Zo bestudeerde Delling een resem handboeken en inleidingen in de moderne wijsbegeerte. Wat haar opviel en verbaasde, was dat er maar zelden een verantwoording te vinden is voor de selectie van filosofen. Zij concludeerde dan ook dat het een arbitraire keuze is. “De auteurs schrijven over mensen die op hen lijken: man en wit. En welgesteld.” En dat is een probleem dat verder reikt dan een vertekend en beperkt beeld van een rijke geschiedenis van denkers.
Fassone ontwaarde toch een positieve tendens van toenemende aandacht voor vrouwelijke denkers in academische syllabi over moderne filosofie. Het probleem zit hem er echter in, aldus Fassone, dat zij worden opgenomen als ‘terzijdes’, niet als vervanging van, of zelfs maar toevoeging aan de canon van de zogenaamde Grote Zeven: Descartes, Spinoza, Leibniz, Berkeley, Locke, Hume en Kant. Deze evolutie is dan wel toe te juichen, sprake van inclusie is er nog niet en laat dat nu net nodig zijn om genderstereotypen, seksisme en racisme tegen te gaan”, aldus Fassone.
Wat volgens Ierna wel al bestaat, is een soort ‘anti-canon’ van denkers die tegen de stroom ingingen en gevestigde denkers in vraag stelden. “Schopenhauer gaf af op Hegel. Marx en Nietzsche gingen de canon van hun tijd met een hamer te lijf,” zo stelt Ierna. Maar hun destijds rebelse denken is “al net zo geïnstitutionaliseerd als de canon zelf.” En het zijn nog steeds witte, Europese mannen die vandaag wél deel uitmaken van ‘de’ canon: tijdens colleges aan de universiteit worden de stemmen en tegenstemmen van de moderne filosofie netjes naast elkaar en in dialoog met elkaar behandeld. “Dat is al tweehonderd jaar hetzelfde. Vernieuwend is het niet.”
Zitten studenten op hun honger en willen ze eens wat anders? Willen ze zich misschien verdiepen in het denken van filosofen die op hen lijken en zijn dat geen witte mannen? Dan kan je tegenwoordig kiezen voor een keuzevak. Bij wijze van specialisatie kan je aan sommige universiteiten vakken volgen als feministische of ‘niet-westerse’ filosofie. Dergelijke vakken vormen dan een soort nevencanon, die de canonieke status van andere vakken en denkers net bevestigen.
Betekent de opkomst van keuzevakken over feministische filosofie het begin van een corrigerende inhaalbeweging op de mannelijke canon? Wat houdt feministische filosofie precies in? Keren we terug naar onze definitie van feminisme, dan merken we dat feminisme om meer draait dan enkel analyseren, nadenken en begrijpen; feminisme heeft ook als doel de samenleving wezenlijk te veranderen, namelijk door ze gendergelijk(er) te maken.
Feminisme is dus in zekere zin filosofisch, maar ook inherent politiek.
Als we feministische filosofie begrijpen als filosofie vanuit een feministische invalshoek, dan omarmen we ook een enorme diversiteit binnen deze discipline, hoewel die vaak al als bijzonder ‘niche’ wordt aanzien. Feministische filosofen werken in tal van traditionele filosofische velden, van ethiek tot epistemologie, en introduceren nieuwe concepten, theorieën en perspectieven binnen hun veld die filosofie an sich langzaamaan transformeren. Onderwerpen die voorheen als vanzelfsprekend of onbelangrijk werden beschouwd, worden tegen het licht gehouden vanuit een kritische lens die de onderliggende genderverhoudingen wil ontrafelen. Er werd ruimte gemaakt voor thema’s als het lichaam, arbeid en zorg, voortplanting, seksualiteit, sekswerk, enzovoort. Ook de filosofische diversiteit onder feministische filosofie is van tel: op het vlak van oriëntatie (bijvoorbeeld analytische of continentale filosofie), op het vlak van ontologie (bijvoorbeeld hoe het concept ‘vrouw’ wordt opgevat binnen een gegeven theorie: is dit een sociaal construct of een wezenlijk en natuurlijk gegeven?), en op het vlak van de politieke of morele oplossingen die gezocht worden voor de maatschappelijke thema’s waar feminisme zich veelal mee bezigt.
In deze Uitgelezen willen we enerzijds aandacht vragen voor vrouwelijke denkers die niet altijd de erkenning krijgen die ze verdienen in syllabi en de filosofische canon, en anderzijds de diversiteit in de kijker zetten die binnen de feministische filosofie aanwezig is, zowel op het vlak van thema’s die aan bod komen, methodes die gebruikt worden, filosofische oriëntatie, ontologische verbintenis en epistemologie.
Voor iedere Uitgelezen analyseren we ons aanbod rond een specifiek thema en kopen we een aantal nieuwe boeken aan voor onze collectie. Deze keer besloten we in te zetten op het thema filosofie. Onderaan deze Uitgelezen vind je onze gebruikelijke aanwinstenlijst waarin we de recentste aankopen, sinds de vorige Uitgelezen, oplijsten, maar ook een algemene leeslijst rond feminisme en filosofie.
Vooreerst mag je je verwachten aan een boeiende interview met Julia Alegre Mouslim, een Belgisch-Argentijnse queer vrouw, filosoof, activist en onderzoeker, verbonden aan de Universiteit van Malta. Zij deelt haar gedachten over een aantal vragen over feminisme en filosofie: hoe verbindt zij deze twee in haar eigen theorie en praktijk als filosoof? Waarom is zowel de westerse filosofische canon als de hedendaagse filosofische discipline zo mannelijk? En is dat een probleem?
Naar goede gewoonte mag je je ook verwachten aan een vijftiental korte en twee langere boekbesprekingen. Voor de twee langere besprekingen - onze RoSa leest - kozen we voor Not All Dead White Men: Classics and Misogyny in the Digital Age (2018) van Donna Zuckerberg. Daarnaast gaan we dieper in op het ophefmakende Het recht op seks (2021) van Amia Srinivasan. In zes essays belicht Srinivasan vanuit feministische en filosofisch perspectief verscheidene thema’s die te maken hebben met seks, hetgeen ze beschouwt als een private handeling beladen met publieke betekenis. Ben je onder de indruk van de analyses van Srinivasan, of gewoon geïnteresseerd in de vele hot topics in hedendaagse feminisme die ze aansnijdt? Wees welkom om de thema’s verder te verkennen in RoSa’s nieuwe leesclub. Meer daarover lees je hier.
In de categorie Retro RoSa halen we een bijzondere, historische parel van onder het stof. Voor deze Uitgelezen kozen we L'enracinement: prélude à une déclaration des devoirs envers l'être humain (1949) van de Franse filosoof en activist Simone Weil.
Het feministisch rolmodel dat we in deze Uitgelezen uitlichten, is evenzeer een Franse filosoof. Misschien wel de feministische stem die de meeste invloed heeft gehad op de tweede feministisch golf hier in België, en deze volgens sommigen zelfs mee heeft helpen ontketenen: Simone de Beauvoir (1908-1986). De Beauvoir schreef een indrukwekkend oeuvre bijeen: zeven romans, memoires, brieven, een toneelstuk, filosofische en feministische essays. Haar bekendste werk, De tweede sekse (1949), is een feministische klassieker die een impuls gaf aan de tweede feministische golf in onze contreien.
Naar goede gewoonte zetten we ook een bezoeker in de kijker. Die eer valt deze keer te beurt aan Leïla en Eline van kunstencollectief Brave.1030.
Afsluiten doen we met een RoSa luistert. In deze categorie bespreken we interessante podcasts over thema’s op het snijvlak van gender en/of feminisme die ons opvallen, die we warm aanraden of die we kritisch onder de loep nemen. Ditmaal luisterden we naar een aflevering over film, feminisme en filosofie van de podcast Kluwen van filosofen Martha Claeys and Lotte Spreeuwenberg. Spreeuwenberg gaat in gesprek met Mabel Zwaan (Universiteit Tilburg) en Katrien Schaubroeck (Universiteit Antwerpen) over hun filosofische liefde voor film. Welke filosofische lessen kan je trekken uit films? Met welke blik kijken we naar het witte doek, en hoe kan die blik door een regisseur geleid worden? En is het toeval dat beide van gasten fan zijn van Richard Linklater en Sophia Coppola?
Veel lees- en luisterplezier!
Voor onze Uitgelezen Lente 2023: Filosofie en feminisme vroegen we aan een interessante nieuwe stem en feministisch filosoof wat feminisme en filosofie voor haar betekenen. Julia Alegre Mouslim is een Belgisch-Argentijns filosoof, activist en doctoraatstudent aan de Universiteit van Malta, waar ze werkt rond feministische pedagogie en activisme. Samen met filosoof Maïté de Haan richtte ze de Antwerpse, filosofische vzw ‘Troebel’ op en organiseren ze Klimaatfestival Antwerpen. De uitgelezen persoon dus (pun intended) om een feministische blik te werpen op de filosofie.
Een groot deel van de kennis bij RoSa is opgebouwd op basis van onze zorgvuldig gecreëerde en unieke bibcollectie vol non-fictie literatuur over gender en feminisme. Nu we voor deze Uitgelezen kozen om ons te verdiepen in het thema filosofie en feminisme, selecteerden we twee interessante boeken die we warm aanraden. Als eerste bespreken we Het recht op seks (2021) van Amia Srinivasan, een bundeling van zes filosofische essays over hot topics gerelateerd aan seks. Vervolgens zetten we Not All Dead White Men: Classics and Misogyny in the Digital Age (2018) van Donna Zuckerberg in de kijker, die op heldere wijze het verband tussen een aantal populaire klassieke filosofen, alt right en misogynie belicht.
Seks, zo merkt Amia Srinivasan, is iets wat we hebben en iets wat we doen. Het is een schijnbaar private handeling beladen met publieke betekenis, waarbij genot en ethiek vaak los van elkaar gezien worden. Maar kunnen, of mogen, we seks wel loskoppelen van ethiek? Om seks te begrijpen in al haar complexiteit - de grijze zones, de relatie met gender, klasse, ras en macht - moet het feministisch debat over seks verder reiken dan simplistische tweedelingen à la ‘ja’ versus ‘nee’, gewenste versus ongewenste uitnodigingen, blikken en aanrakingen, aldus Srinivasan. Zij pleit er dan ook voor om seks radicaal te herdenken als een politiek fenomeen en onszelf moeilijke vragen te durven stellen, bereid te zijn oncomfortabel te worden.
Daartoe noedigt ze lezers dan ook uit in deze bundeling van zes filosofische essays over seksgerelateerde thema's die in feministische kringen tot veel controverse leiden.
In Not All Dead White Men (2018) onderzoekt classica Donna Zuckerberg de antifeministische virtuele gemeenschappen die vrouwenemancipatie beschouwen als een bedreiging voor mannen én de integriteit van de westerse beschaving. Waarom dit onderwerp haar aandacht trok als classica? Het feit dat deze uiteenlopende online groeperingen allen een fascinatie delen voor specifieke klassieke denkers. Het gedachtegoed, en meer bepaald de mannelijkheidsidealen en gendernormen van deze denkers, worden rijkelijk aangehaald - en spoiler alert: volgens Zuckerberg verdraaid - om een hedendaagse toxische mix van misogynie, ‘verleidingstechnieken’, wit suprematiedenken, fitness advies en eurocentrisme te legitimeren.
Naar aanleiding van de huidige controverse rond de invloedrijke en ronduit misogyne Brits-Amerikaanse ‘pick up artist’ en voormalig kickbokser Andrew Tate, zoomen we in deze RoSa leest in op het derde hoofdstuk om een aantal ideeën over seksuele genderverhoudingen en ‘verleidingskunst’ die ook hij propageert kritisch te analyseren.
Elke editie van de ‘Uitgelezen’ zet een vijftiental, al dan niet nieuwe boeken uit onze collectie in de kijker. Hieronder lees je onze korte besprekingen van boeken op het snijvlak van feminisme en filosofie.
Rosi Braidotti
Posthuman Feminism
Cambridge: Polity, 2022. 327 p.
RoSa-ex.nr.: FII p/683
Wat betekent de posthumane wending voor het feminisme? Deze vraag stelt Braidotti zich in Posthuman Feminism. Deze wending impliceert een convergentie van het posthumanisme enerzijds en het postantropocentrisme anderzijds met een complexe, wederzijds afhankelijke verhouding tussen de mens en haar omgeving tot gevolg. Het menselijke subject wordt gedecentraliseerd, want het staat steeds in interactie met haar omgeving. Hoewel het feminisme een belangrijke impact heeft gehad op deze wending door verschillende sociale bewegingen en politieke tradities, lijkt er weinig perspectief te zijn op wat deze wending op haar beurt impliceert voor het feminisme. Posthuman Feminism is Braidotti’s antwoord op deze vraag door de mogelijkheden alsook de beperkingen te benadrukken voor het feministisch politieke subject in de strijd tegen een reeks systemen van ongelijkheid zoals racisme, seksisme, ecocide en neoliberaal kapitalisme.
Kathleen Stock
Material Girls: Why Reality Matters for Feminism
London: Fleet, 2022. 312 p.
RoSa-ex.nr.: FII h/483
Filosoof Kathleen Stock analyseert de hedendaags breed geaccepteerde theorie dat we allemaal een innerlijk gevoel van genderidentiteit hebben, dat van groter sociaal belang is dan ons biologisch geslacht. Zelf beschrijft ze zich als een ‘gender non conforming lesbienne’. Stock onderzoekt de spanning tussen genderidentiteit en biologisch geslacht in het licht van verschillende relevante contexten, zoals women-only ruimtes en middelen, gezondheidszorg, epidemiologie, politieke organisatie en datavergaring. Ze breekt er een lans voor om filosofische concepten en ‘de materiële realiteit te blijven bespreken’. Daarmee begeeft ze zich in het hart van een wijdverspreide polemiek in feministische kringen (en daarbuiten), tussen enerzijds trans personen en hun medestanders die zelfdeterminatie voorop zetten, en anderzijds zogenaamde ‘gender kritische’ stemmen, die door de tegenpartij vaak als TERF’s (trans exclusionary radical feminists) worden weggezet. Ook wie niet akkoord is met haar conclusies is gebaat bij het lezen van haar heldere weergave van het debat. Dit uiterst controversiële boek zet aan tot denken: het dwingt lezers standpunt in te nemen en de eigen argumentatie te verfijnen.
Kate Manne
Down Girl: The Logic of Misogyny
Oxford: Oxford University Press, 2018. 338 p.
RoSa-ex.nr.: FI a/505
Dit populaire boek leverde de feministische filosoof en auteur Kate Manne meerdere prijzen en erkenningen op. Down Girl behandelt misogynie vanuit een analytisch feministisch filosofisch perspectief. Het is het werk waarin Manne de term ‘himpathy’ introduceert, waarmee ze verwijst naar de overmatige sympathie en het medeleven waar bekende mannen die schuldig bevonden zijn aan seksueel geweld alsnog op kunnen rekenen. Aan de hand van bekende rechtszaken, zoals die over de controversiële rechter Brett Kavanaugh aan het Amerikaanse Hooggerechtshof en de 19-jarige student en zwemmer Brock Turner, onderzoekt en onderscheidt Manne een aantal met elkaar verbonden concepten: het patriarchaat, seksisme en misogynie. Verhelderende, maar uitdagende literatuur.
Sara Ahmed
Living A Feminist Life
Durham: Duke University Press, 2017. 299 p.
RoSa-ex.nr.: FII a/1176
Deze klassieker is een absolute must read voor iedere feminist die in het dagelijkse leven vaak botst op weerstand en moet opboksen tegen stereotiepe vooroordelen over feminisme. Niet voor niets is dit Duke University Press’ best verkochte boek van het voorgaande decennium. Geestig, met momenten poëtisch en steeds persoonlijk, Sara Ahmed bekijkt feministische theorie vanuit de dagelijkse praktijk, en maakt zich hard voor een doorleefd en geleefd feminisme dat theorie genereert op basis van inzichten uit de praktijk. Ze bouwt verder op de figuur van de feminist killjoy, tevens de naam van haar populaire blog, en besluit het boek met een killjoy survival kit en manifesto die praktische tips geven over hoe je feminisme kan implementeren in je leven.
Anna Maria Van Schuurman
Verhandeling over de aanleg van vrouwen voor wetenschap
Groningen: Xeno, 1996. 98 p.
RoSa-ex.nr.: T/508
Dat er vrouwen op de schoolbanken van de universiteit zitten was niet altijd vanzelfsprekend. Anna Maria Van Schuurman wordt in 1636 als eerste vrouw in Nederland toegelaten colleges te volgen. Aan de Universiteit van Utrecht volgde ze colleges theologie, weliswaar vanachter een gordijn ‘om haar mannelijke medestudenten niet af te leiden’. In 1641 schrijft ze dit pleidooi voor de toegang en vrije participatie van vrouwen tot de universiteit en wetenschappelijke opleidingen. Van Schuurmans essay inspireerde historische feministische iconen zoals Margaret Cavendish en Mary Wollstonecraft en gaf zo mee de aanzet tot de eerste feministische golf.
Louise M. Antony [Ed.]
A Mind of One's Own: Feminist Essays On Reason and Objectivity
Boulder: Westview Press, 1993. 302 p.
RoSa-ex.nr.: M/37
In deze bundeling van essays komen niet toevallig dertien vrouwelijke filosofen aan het woord: precies het aantal vrouwen dat historisch gezien deel uitmaakte van een heksenkring. De auteurs reflecteren op twee decennia aan feministische metafilosofie, en analyseren de aanhoudende invloed van de westerse filosofische traditie - en in het bijzonder, de notie en de idealisering van redelijkheid en objectiviteit - die in grote mate vorm kreeg door het gedachtegoed van een handjevol witte mannen. Velen onder hen waren aantoonbaar vrouwonvriendelijk, seksistisch of zelfs ronduit misogyn. Wat betekent deze nalatenschap voor feministische filosofen vandaag? Ondanks een terechte en gedeelde kritiek op de filosofische canon, is het bovenal de diversiteit van stemmen die dit boek het lezen waard maakt.
Linda Martín Alcoff & Elizabeth Potter [Ed.]
Feminist Epistemologies
New york: Routledge, 1993. 312 p.
RoSa-ex.nr.: FII a/1228
Hoewel feministische filosofie zich in de jaren 1990 vooral focust op socio-politieke issues van vrouwen, is het volgens Latijns-Amerikaanse filosoof Linda Martín Alcoff ook van belang in te zoomen op wat feminisme betekent voor de manier waarop we aan kennisvorming doen. In Feminist Epistemologies brengt Alcoff een reeks essays samen die de intersecties tussen gender en kennis ontleden. De klassieke epistemologische vragen naar de oorsprong, de verantwoording en objectiviteit van kennis worden geherformuleerd aan de hand van een blik door een feministische lens. Wie is het kennende subject? Hoe beïnvloedt onze sociale positie de productie van kennis? Feminist Epistemologies ontsluit een nieuw domein in de epistemologische discipline door voorbij te gaan aan het versimpelde idee dat feministische epistemologie zich beperkt tot vrouwelijke ervaringen en de specifieke kennis die hiermee gepaard gaat.
Adrienne Rich
Of Woman Born: Motherhoods as Experience and Institution
London: Virago, 1977. 318 p.
RoSa-ex.nr.: FIII f/1
In haar invloedrijke werk Of Woman Born: Motherhoods as Experience and Institution werpt Adrienne Rich een vernieuwende blik op één van de meest besproken thema’s binnen genderstudies: moederschap. Ze stelt dat “in order for all women to have real choices all along the line, we need fully to understand the power and powerlessness embodied in motherhood in patriarchal culture.” Wat betekent het om moeder te zijn in de patriarchale samenleving van de jaren 1970? Moederschap heeft voor haar geen betrekking op essentialistische ideeën van natuurlijke instincten, maar gaat veeleer over een sociale praktijk. Op basis van haar eigen ervaringen als vrouw, poëet, feminist en moeder merkt ze dat de instituties waarin ze zich begeeft de ervaringen van het moederschap determineren en op verschillende manieren opdringen. De institutionalisering van het moederschap doet, volgens Rich, de positieve ervaringen van het baren van een kind teniet en leidt tot problematische mythen over vrouwelijkheid en moederschap.
Rebecca Buxton & Lisa Whiting [Eds.]
De filosofes
Amsterdam: Lontano, 2022. 191 p.
RoSa-ex.nr.: FI h/143
In opsommingen van de grote filosofen verschijnen meestal namen als Plato, Descartes en Kant. De grote denkers die we spontaan noemen, hebben één ding gemeen: het zijn vrijwel altijd mannen. De filosofische canon is té mannelijk volgens Rebecca Buxton en Lisa Whiting. Er waren en zijn namelijk ook vrouwen met baanbrekende, vernieuwende ideeën. De filosofes wil deze vergeten vrouwelijke filosofen een podium bieden door een alternatieve canon samen te stellen van vrouwelijke denkers. Hiervoor vroegen ze twintig denkers elk een hoofdstuk te wijden aan het leven en werk van vrouwelijke filosofen van Ban Zhao tot Mary Wollstonecraft. De filosofes werpt een licht op overschaduwde filosofen en brengt een ode aan vrouwelijke denkers van vroeger en nu.
Silvia Federici
Beyond the Periphery of the Skin: Rethinking, Remaking, and Reclaiming the Body in Contemporary Capitalism
Oakland, California: PM Press, 2020. 145 p.
RoSa-ex.nr.: FII m/853
De Italiaans-Amerikaanse academica en activist Silvia Federici is zonder meer een vaste waarde in radicaal en marxistisch feminisme. In deze bundel essays, gebaseerd op drie lezingen die ze in 2015 gaf in San Francisco, gaat Federici dieper in op body politics en een aantal fundamentele vragen zoals: wat betekent het lichaam vandaag als categorie van sociale/politieke actie? Welke processen constitueren dit? Hoe ontmantelen we de instrumenten die onze lichamen ‘insluiten’ in staat en kapitaal, en kunnen we collectief de vrijheid opeisen om terug baas te zijn over ons eigen lichaam? Niet bepaald laagdrempelig, maar steeds relevant: voor zij die nog niet bekend zijn met Federici’s werk, is Caliban and the Witch (of de RoSa bespreking daarvan) aan te raden als voorbereidende literatuur om deze bundeling essays ten volle te begrijpen en appreciëren.
Carol Gilligan & Naomi Snider
Why Does Patriarchy Exist?
Cambridge: Polity Press, 2018. 168 p.
RoSa-ex.nr.: FII e/171
De verkiezing van Donald Trump tot Amerikaans president leidde tot grote verontwaardiging bij menig feminist. Hoe kon dit gebeuren na jaren van feministisch activisme? Carol Gilligan en Naomi Snider gaan in Why Does Patriarchy Exist? op zoek naar een antwoord op de vraag: hoe komt dat het patriarchaat nog steeds volhardt? De auteurs wijzen op een psychologische functie van het patriarchaat waarbij patriarchale coderingen van mannen als stoïcijns en vrouwen als onbaatzuchtig dienen als verdediging tegen verloren connecties: het patriarchaat beschermt ons tegen de kwetsbaarheid en het mogelijke verlies dat gepaard gaat met elkaar liefhebben, maar dit gaat ten koste van liefde. In een dialoog tussen professor en student, over generationele en hiërarchische verschillen heen, worden de krachtige psychologische mechanismen die het patriarchaat onderbouwen blootgelegd.
Susan Hekman
The Feminine Subject
Cambridge: Polity Press, 2014. 288 p.
RoSa-ex.nr.: FII h/447
Sinds de jaren 1950 is het feminisme constant onderhevig aan veranderingen. De ideeën, doelen en uitdagingen zijn afhankelijk van de obstakels waar de samenleving op stoot. De vraag naar wat het betekent om een vrouw te zijn, wordt dan ook steeds verschillend beantwoord. Van de aanzet die Simone de Beauvoir op deze vraag gaf tot Luce Irigaray en Judith Butler, in The Feminine Subject onderzoekt Susan Hekman de evolutie die de invulling van het woord ‘vrouw’ ondergaan heeft. Hierin merkt Hekman op dat het steeds herdefiniëren van het feministische subject een cumulatief proces is: elke nieuwe bijdrage staat op de schouders van haar voorgangers. Ondanks de verschillende perspectieven van waaruit het feministische subject benaderd wordt, moeten we vandaag voorbij het afwijzen van de voorafgaande definities en omarmen dat het niet over een onveranderlijk gegeven gaat, maar over een steeds evoluerend concept.
Judith Butler
Genderturbulentie
Amsterdam: Boom, 2000. 144 p.
RoSa-ex.nr.: FII h/204
Hoewel Judith Butlers Genderturbulentie zowel kritiek als lof oogste, is het veruit een van de meest baanbrekende feministische werken van de afgelopen dertig jaar. Butler onderzoekt de verhoudingen van veelgebruikte categorieën zoals ‘vrouw’, ‘mannelijkheid’ en ‘vrouwelijkheid’ om vervolgens onze manier van denken over gender, sekse en seksualiteit op zijn kop te zetten. Ze stelt dat feminisme zich schuldig maakt aan net datgene dat het bekritiseert, namelijk essentialiseren. Het uitgangspunt dat gender een culturele manifestatie is van biologisch geslacht berust, volgens Butler, namelijk zelf op een essentialistische notie van vrouwelijkheid. We mogen gender niet begrijpen als een expressie van een vaststaande realiteit. Integendeel, het is een performance, iets dat vorm krijgt in het handelen zelf. Genderturbulentie daagt lezers uit om na te denken over de categorieën die we gebruiken en de implicaties hiervan op ons denken over genderongelijkheid en macht.
Cris Van der Hoek
Een bewuste paria: Hannah Arendt en de feministische filosofie
Amsterdam: Boom, 2000. 287 p.
RoSa-ex.nr.: FII h/202
Wanneer onze samenleving onderhevig is aan veranderingen, evolueert het feministisch landschap mee. De inhoud van feministische kernconcepten zoals autonomie, identiteit en de ervaringen van vrouwen moeten dus van tijd tot tijd heroverwogen worden. Cis Van der Hoek doet hiervoor beroep op Duits-Joods politiek denker Hannah Arendt en haar inspirerende filosofie van de pluraliteit. Arendt leert ons dat we, in plaats van te focussen op een oplossing, moeten leren omgaan met tegenstrijdigheden tussen mensen. Vanuit die insteek laat auteur vier hedendaagse filosofen (Seyla Benhabib, Françoise Collin, Bonnie Honig en Drucilla Cornell) in discussie treden met Arendt over de invulling van autonomie en subjectiviteit. Met behulp van Arendt werpt Van der Hoek een postfeministische blik op het motto van de tweede feministische golf ‘het persoonlijke is politiek.’
Judith Halberstam
In A Queer Time & Place: Transgender Bodies, Subcultural Lives
New York: New York University Press, 2005. 213 p.
RoSa-ex.nr.: B a/134
In deze bundel essays onderzoekt Jack Halberstam transgender representatie in kunst, fictie, film, video en muziek. Zo conceptualiseert hij onder meer een typerende ‘transgender gaze’, die in de eenentwintigste eeuw opgang maakte in art house films. Ook de verbeelding van ambigue lichamelijkheid in werken van onder meer performancekunstenaar Del LaGrace Volcano, kunstschilder Jenny Saville en Eva Hesse komen aan bod. Halberstam, die vroeger onder de naam Judith door het leven ging, is een toonaangevende stem in genderstudies en queer theory. In dit boek werpt hij een blik op (de invloed van) queer subculturen en stelt een alternatieve conceptualisatie van tijd en ruimte voor die zich radicaal afzet van heteronormativiteit.
Shelley L. Tremain
Foucault and Feminist Philosophy of Disability
Ann Arbor: Michigan University Press, 2017. 239 p.
RoSa-ex.nr.: FII a/1236
De traditionele, academische filosofie is overwegend wit, heteroseksueel, mannelijk, maar ook able bodied. Shelley L. Tremain combineert in Foucault and Feminist Philosophy of Disability de filosofie van Foucault met ideeën uit disability studies en feministische filosofie om de onderrepresentatie van disability groepen binnen de filosofie te bekritiseren. Volgens haar leidt de afwezigheid van filosofen met een handicap tot de overheersende notie van disability als een natuurlijk nadeel of persoonlijke tegenslag. Tremain stelt een nieuw concept voor van disability als historisch en cultureel machtssysteem. Foucault and Feminist Philosophy of Disability neemt de demografie, veronderstellingen en biases in academische filosofie onder handen met het oog op de verbetering van de economische, sociale, institutionele en politieke situatie van personen met een handicap.
Al veertig jaar wordt er gebouwd aan de RoSa-bibcollectie, die momenteel al meer dan 40.000 titels omvat. Met onze Retro RoSa tonen we je een bijzondere parel uit onze bibliotheek. Voor deze Uitgelezen kozen we L'enracinement: prélude à une déclaration des devoirs envers l'être humain (1949) van Simone Weil.
Weil schrijft L’enracinement in 1943 nadat ze, omwille van haar Joodse afkomst, moet vluchten naar Londen en ze zich als activist aansluit bij de verzetsgroep van generaal Charles De Gaulle. Hun doel: de heropbouw van de Franse gemeenschap. Hoe dat precies moet gebeuren, is volgens Weil een ethisch vraagstuk, want het biedt de kans om de maatschappelijke prioriteiten te herzien. Ze denkt na over wat rechtvaardigheid betekent en ontwikkelt een reeks noden, zowel materiële als immateriële, waaraan de samenleving moet voldoen om in te staan voor een gelukkig, volwaardig leven. Denk bijvoorbeeld aan voedsel, onderdak en water, maar ook vrijheid en sociale orde. Weils ideeën zijn kritisch voor de mensenrechten die rond die periode opgesteld werden.
Onze moraliteit wordt niet gestuurd door mensenrechten, die, volgens Weil, slechts op papier gelden, maar door een morele verplichting om aan bepaalde noden tegemoet te komen.
Centraal in haar pleidooi voor de heropbouw staat de nood aan verworteling. Hiermee hamert ze op het belang van een gemeenschap van gelijken als de grond om in te wortelen. Enkel zo kunnen we als individu bloeien en een volwaardig leven leiden. Weils betoog voor de gemeenschap en de mogelijkheden om deel te nemen aan de cultuur waarmee je je identificeert, is tegenwoordig even relevant als tachtig jaar geleden. L’enracinement klinkt als een waarschuwing voor xenofobe nationalistische ambities en koloniale projecten onder het mom van ontwikkelingssamenwerking, want enkel een samenleving waarin individuen hun cultuur authentiek kunnen en mogen beleven, is een moreel goede samenleving.
Lees meer over Simone Weil in haar portret:
Simone de Beauvoir (1908-1986) is een Franse filosoof - existentialist om precies te zijn - en baanbrekend feministisch auteur. Hoewel zij zichzelf nooit echt als feminist heeft geïdentificeerd, wordt ze dankzij haar werk De tweede sekse (1949) beschouwd als een internationaal icoon van de tweede feministische golf in onze contreien. Dit uitgebreid essay dat het concept gender in zekere zin introduceert dankzij het bekende citaat “Je wordt niet als vrouw geboren, maar tot vrouw gemaakt”, blijft tot op de dag van vandaag een veel gelezen feministische klassieker. Lees meer over Simone de Beauvoir en de feministische inzichten van haar filosofie in het vernieuwde portret op onze website.
"On ne naît pas femme : on le devient. Aucun destin biologique, psychique, économique ne définit la figure que revêt au sein de la société la femelle humaine ; c'est l'ensemble de la civilisation qui élabore ce produit intermédiaire entre le mâle et le castrat qu'on qualifie de féminin. Seule la médiation d'autrui peut constituer un individu comme un Autre. En tant qu'il existe pour soi, l'enfant ne saurait se saisir comme sexuellement différencié." Simone de Beauvoir
Voor elke Uitgelezen vragen wij aan één van onze bezoekers wat hen naar onze bibliotheek bracht en welke materialen hun interesse aanwakkerden. In deze editie zetten we Leïla en Eline in de kijker.
Leïla en Eline waren op zoek naar een rustig werkplekje in het centrum van Brussel en kwamen bij ons terecht in de RoSa-bibliotheek. In het kader van Brussels Pride Month plannen ze voor het feministische kunstencollectief Brave.1030 een creatieve workshop waarin deelnemers hun eigen feministische banners kunnen maken. Ze willen een rustig evenement met een politieke touch creëren voor iedereen die minder fan is van de drukke mainstream pride evenementen. Brave.1030 is gevestigd in Schaarbeek en houdt zich bezig met vraagstukken omtrent lichamen en ruimtes. Bovendien bieden ze een community ruimte die voornamelijk queer personen wil samenbrengen. Leïla is curator bij het collectief en leerde Eline kennen toen Brave.1030 een tentoonstelling van Eline’s werk organiseerde. Ze namen een kijkje in onze collectie om wat inspiratie op te doen voor hun workshop en komen zeker nog eens terug.
In de categorie RoSa luistert bespreken we interessante podcasts over thema’s op het snijvlak van gender en/of feminisme die ons opvallen, die we warm aanraden of die we kritisch onder de loep nemen. Deze keer luisterden we naar de filosofische podcast Kluwen. We kozen voor een aflevering over film, feminisme en filosofie. Filosoof Lotte Spreeuwenberg, verbonden aan het Centrum voor Ethiek van de Universiteit Antwerpen, interviewt journalist, activist en filosoof Mabel Zwaan (Universiteit Tilburg) en hoogleraar morele en feministische filosofie Katrien Schaubroeck (Universiteit Antwerpen). Samen onderzoeken ze welke filosofische lessen we kunnen trekken uit films, maar ook hoe feminisme en film al dan niet hand in hand gaan. En is het toeval dat beide gasten dezelfde favoriete regisseurs delen: Richard Linklater en Sofia Coppola?
Je komt het allemaal te weten in deze boeiende aflevering van de filosofische podcast Kluwen.
De aanwinstenlijst is een up-to-date overzicht van alle nieuwe literatuur (boeken en digitale documenten) in de RoSa-bibliotheek. Daar zal je heel wat titels over filosofie en feminisme vinden, maar ook over tal van andere thema’s. Je bent meer dan welkom om deze nieuwe werken in onze bibliotheek te raadplegen en uit te lenen. Digitale documenten kunnen naargelang de auteursrechten online en/of ter plaatse in de bibliotheek geconsulteerd worden.
Samenstelling: Anne April
Bij de selectie van nieuwe titels voor onze collectie over filosofie en feminisme hebben we vooral ingezet op het aankopen van een aantal klassiekers en recentere werken van opkomende filosofische stemmen. Wil je je - net zoals wij de afgelopen periode deden - verdiepen in het thema? Neem dan zeker ook een kijkje in onze leeslijst. Daar vind je een mooi overzicht van titels die (binnenkort) beschikbaar zijn in de RoSa-bibliotheek over dit thema.
Bron hoofdafbeelding en banner: Giammarco Boscaro via Unsplash